Na dralen VVD voert D66 druk op voor snelle invoering asielwet
De spreidingswet waar de VVD zich bijna in verslikte, is voor coalitiepartner D66 juist zeer welkom. De D66-leden willen bovendien dat die wet zo snel mogelijk wordt ingevoerd zodat asielzoekers spoedig beter worden verdeeld over de gemeenten in Nederland. Een motie daartoe werd unaniem aangenomen op het D66-congres.
De twee grootste coalitiepartners hielden zaterdag gelijktijdig hun congres, ook beide in Rotterdam. De verschillen tussen beide partijen manifesteren zich al jaren op het asielvraagstuk. Waar de spanning bij de VVD opliep, is het credo bij D66 dat de nieuwe wet „eindelijk rust kan brengen” in de asielketen.
Het nieuws dat de VVD de spreidingswet toch steunt, leidde tot enige opwinding in de zaal waar D66-leden net een sessie hielden over het asielbeleid. Bij D66 geen onvrede over de nieuwe asielwet. Zij maken zich juist druk dat er nu geen goede opvang is voor mensen die zijn gevlucht. Sommigen wijzen erop dat goede en snelle opvang van de tienduizenden gevluchte Oekraïners wel is gelukt. „Het kan dus wel” is de verzuchting.
D66-fractievoorzitter in de Tweede Kamer Jan Paternotte wijst later op de dag op een ander succes van deze aanpak: van de tienduizenden volwassen Oekraïners in Nederland heeft 80 procent al een betaalde baan, stelt hij. Voor hen gelden andere regels. Paternotte vindt het een goed idee als ook asielzoekers de kans krijgen om meteen een bijdrage te leveren; het levert hem een groot applaus.
D66-Europarlementariër Sophie in ’t Veld vindt „het gebrek aan consistentie bij de VVD vermakelijk”. In Nederland was de VVD tegen spreiding van asielzoekers en de dwang daarbij maar in de Europese Unie wil de VVD juist wel een betere spreiding afdwingen over de lidstaten, zegt ze. Het levert hoongelach op tijdens de asielsessie.
D66-partijleider Sigrid Kaag is blij dat de VVD de spreidingswet steunt. Ze wil evenwel niet ingaan op de belofte die Rutte zijn VVD-achterban deed over de instroom. „We zijn nog niet aan dat gesprek begonnen.” Kaag zegt dat ze „vertrouwen heeft in de inzet van iedereen om het gesprek op een zinvolle manier te voeren en te kijken op welke manier je een echt migratiebeleid kan voeren”. Dat beleid is wat haar betreft veel breder dan alleen asielzoekers, die maar een klein deel van de migratiestroom vormen. „Het debat moet worden gevoerd op basis van de feiten.”