Akkoord over systeem om vloedgolven te signaleren
Deelnemers aan de internationale conferentie over hulp aan de slachtoffers van de zeebeving in Zuid-Azië, hebben vanochtend in de Indonesische hoofdstad Jakarta besloten een waarschuwingssysteem voor tsunami’s op te zetten. De bevolking zal zich hierdoor in de toekomst bij nieuwe natuurrampen op tijd in veiligheid kunnen brengen, waardoor het aantal slachtoffers lager zal zijn.
Secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties heeft donderdagmorgen tijdens de conferentie opgeroepen tot onmiddellijke hulp. Annan zei in Jakarta dat er direct 977 miljoen dollar nodig is voor noodhulp. Daarmee kunnen 5 miljoen getroffenen zes maanden lang worden voorzien van eerste levensbehoeften.
De internationale gemeenschap heeft inmiddels massaal financiële hulp toegezegd, maar veel van dat geld is nog niet daadwerkelijk beschikbaar. Annan prees de landen voor hun vrijgevigheid en riep hen op zo snel mogelijk met het geld over de brug te komen. „We hebben ook meer mensen en meer materieel nodig om de hulp te brengen bij degenen die het nodig hebben, veelal in afgelegen gebieden”, zei Annan.
Hij zei verder dat de ramp van 26 december „ons de kans heeft geboden onze menselijkheid te tonen.” De tsunami’s zijn voor de VN de grootste natuurramp sinds het bestaan van de organisatie. „De afgelopen elf dagen behoren tot de donkerste in ons leven. Maar ze hebben ons ook de mogelijkheid gegeven een nieuw soort licht te aanschouwen. We hebben iedereen zien samenkomen, Noord, Zuid, Oost en West”, zei Annan tegen regeringsleiders en vertegenwoordigers van een groot aantal landen, waaronder China, Japan, Maleisië, de Filipijnen, Australië, de Verenigde Staten en de EU.
Met de 977 miljoen dollar aan noodhulp moet direct een begin worden gemaakt met een aantal programma’s waarover de VN en de getroffen landen het eens zijn geworden. Die programma’s vormen de basis voor de reconstructie van de landen op langere termijn. Tijdens de bijeenkomst werd verder vooral gesproken over het stroomlijnen en coördineren van de hulpverlening en over de wederopbouw van de regio op de langere termijn.
De eendaagse conferentie begon met een minuut stilte ter nagedachtenis aan de bijna 150.000 doden die tot nog toe zijn geteld. Annan zei te vrezen dat het aantal slachtoffers verder zal stijgen. „We weten dat minstens een half miljoen mensen gewond zijn geraakt en dat bijna 2 miljoen mensen voedselhulp nodig hebben. Ook zijn er nog veel meer getroffenen die waterzuivering en gezondheidszorg nodig hebben”, zei hij. Veel mensen worden nog vermist.