Het klimaatcontract is een Europees idee, dat uitgaat van in totaal honderd Europese steden die in 2030 klimaatneutraal willen zijn. In ons land doen zes steden mee: Naast Eindhoven en Helmond, die als duostad optrekken, zijn dat nog Groningen, Amsterdam, Utrecht, Den Haag en Rotterdam. „Wij zijn de eerste die hiermee aan de slag gaan”, zei wethouder Arno Bonte (GroenLinks) van Helmond woensdag bij de presentatie van de plannen. „We hopen daar voor de zomer uit te zijn.”

In gesprekken met onder meer inwoners, bedrijven en onderwijsinstellingen worden de komende acht maanden maatregelen en mogelijkheden uitgewerkt om de doelstelling in 2030 te kunnen halen. Beide steden moeten tegen die tijd fossielvrij, duurzaam en klimaatbestendig zijn. Voor de zomer zijn er twee conferenties met inwoners, scholen en bedrijven over wat te doen. Tussendoor worden nog twee labs georganiseerd, waarvan het eerste in januari. Daarin staat de vraag centraal welke doorbraken er nodig zijn om de doelen te halen. Bij het tweede lab moeten vervolgens concrete afspraken gemaakt worden.

Of het allemaal doorgaat, ligt volgens wethouder Rik Thijs (GroenLinks) van Eindhoven voor een deel ook aan het Rijk en de Europese Unie. Niet alleen moeten er voldoende financiële middelen beschikbaar gesteld worden, ook moet hinderlijke wet- en regelgeving veranderd worden en moet er voor veel projecten wellicht vrijstelling gegeven worden.

Thijs en Bonte denken onder meer aan de aanpak van files, luchtvervuiling, het duurzaam maken van woningen, vergroening van de stad en het terugdringen van de CO2-uitstoot. „90 procent van de mensen in de regio woont op 15 kilometer van het werk. Het grootste deel gebruikt hiervoor de auto. Wij zouden een deel op de fiets willen, en daarin kun je als overheid een rol spelen.”

In de zomer van 2023 nemen de gemeenteraden een besluit over de haalbaarheid van het klimaatcontract.