Volgens H. dronken zij en het slachtoffer koffie in de keuken van haar spirituele winkel en rookten ze sigaretten. Daarbij zouden de vrouwen „in discussie zijn geraakt”. De Belgische claimt dat Van de Velde haar duwde, waardoor ze op de grond viel en haar pink bezeerde.

„Toen keek Ichelle even naar mij en draaide zich om. Iets in mijn hoofd zei: ‘Die krijg je terug’. Ik duwde terug en toen is Ichelles hoofd tegen de rand van de verwarming gevallen”, vertelde H. aan de rechters. Volgens H. „was Ichelle bewusteloos en ademde ze bijna niet meer”. „Ik ben op de grond gaan zitten en heb haar omgedraaid. Ik kon niet meer nuchter nadenken. Alles zag zwart voor mijn ogen. Ik raakte in paniek. Toen heb ik zachtjes haar keel dichtgeknepen.”

Van de Velde leek voor de buitenwereld vanaf 15 december van de aardbodem te zijn verdwenen. Haar familie en vrienden ontvingen daarna nog enkele sms’jes vanaf haar mobiele telefoon, maar vermoedden onder meer vanwege het taalgebruik dat ze door iemand anders waren verstuurd.

De verdenking viel daarbij op Sandra H. (46) die een winkel had in de Burgemeester Erasmusstraat in Oostburg, slechts enkele panden naast de zaak van het slachtoffer. Uit onderzoek van de politie bleek dat de Belgische en haar man in de weken ervoor een ‘driehoeksrelatie’ waren gestart met Ichelle. Daarbij zou de vonk zijn overgeslagen tussen Ichelle en de echtgenoot van H. Die zou kort voor de verdwijning van Ichelle aan zijn vrouw hebben verteld dat hij verder wilde met de jongere Zeeuwse.

Lichaamsdelen van de in stukken gehakte en gezaagde Ichelle werden tien weken na haar verdwijning teruggevonden in een kanaal. De Belgische liet onder andere twee van haar zoons verpakte delen van het stoffelijk overschot naar haar auto dragen, zonder dat de kinderen wisten wat ze versleepten.