Kennisinstituut: vrouw harder geraakt dan man in coronacrisis
Vrouwen zijn als groep onevenredig hard geraakt door de coronacrisis, stelt kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis Atria. Vrouwen namen tijdens de crisis meer zorgtaken in huis op zich dan mannen, maar doordat ze ook vaker werkzaam zijn in zogenoemde cruciale beroepen, maakten ze ook daar meer uren.
Vrouwen zijn tijdens de crisis dus meer gaan zorgen én meer gaan werken, stelt Atria. Het instituut bevroeg 1300 mensen tussen de 25 en 35 jaar tijdens de eerste coronagolf en combineerde de resultaten van dat onderzoek met die van meerdere studies naar werkverdeling in coronatijd. Volgens Atria gaat het om het eerste uitgebreide Nederlandse overzicht van alle terreinen waar vrouwen zijn geraakt door de coronacrisis.
Tijdens de eerste lockdown konden kinderen niet meer naar school. Vrouwen namen de opvang van hun kroost vaker over, stelt het kennisinstituut op basis van de enquête. Vrouwen namen ook vaker dan mannen andere zorgtaken in huis op zich. Zo’n 34 procent van de vrouwen gaf aan dit te doen in vergelijking tot 23 procent van de mannen. Tegelijkertijd gingen vrouwen in sectoren zoals de gezondheidszorg ook daar meer uren maken. Zo’n 60 procent van de cruciale beroepen wordt uitgevoerd door vrouwen. Het aandeel jonge vrouwen dat meer is gaan werken was zo’n 16 procent, tegenover 13,5 procent van de jonge mannen. Atria zette de enquête uit onder jonge mensen, omdat die doorgaans in de drukste fase van hun leven zitten, als ze jonge kinderen hebben en dat combineren met werk.
Vrouwen die niet in cruciale beroepen werken, zijn juist vaker werkzaam in sectoren die tijdens de coronacrisis moesten sluiten, zoals het toerisme, sekswerk en de cultuursector. Met name mensen die in deeltijd werkten, raakten vaker hun baan kwijt in de coronacrisis en in die groep zijn vrouwen oververtegenwoordigd. Daarom is ook het aandeel vrouwen in die sectoren dat minder is gaan werken groter (zo’n 21 procent) dan het aandeel mannen (15,5 procent). Dat leidde tot een groter inkomensverlies onder vrouwen. Overheidsmaatregelen om dat inkomensverlies te compenseren waren niet in alle sectoren even goed toegankelijk. Zo hebben sekswerkers te maken met schulden door de coronacrisis.
De druk op vrouwen nam al met al sterker toe tijdens de coronacrisis dan die op mannen, concludeert het instituut. Studies laten dan ook zien dat vrouwen vaker dan mannen mentale gezondheidsproblemen hadden. Atria wil dat de overheid bij het invoeren van maatregelen in de toekomst beter kijkt naar de ongelijke impact van die maatregelen op mannen en vrouwen. Een onderdeel daarvan zou moeten zijn dat de verschillende gevolgen van besluiten voor mannen en vrouwen beter in kaart worden gebracht.