Onderscheid
Psalm 88:11b
„Of zullen de overledenen opstaan, zullen zij U loven?”
God wil Zijn geliefde kinderen leren dat de dag van de wonderen niet voorbij is. De dag van de wonderen is niet meer voorbij dan de dag van de krachtdadige werking van de Heilige Geest. Zij die geestelijke wonderen in de ziel loochenen, mogen evengoed loochenen dat de Heilige Geest Zijn almachtige werking uitoefent in de kerk van God op aarde. God wil Zijn volk leren dat Hij bij voortduur wonderen werkt. Hij wil hen brengen tot die plaats van zielsondervinding dat niets dan een wonderbare verlossing hen kan bevrijden, om niet neer te dalen in de verblijven van de dood. Hij wil hen krachtdadig overtuigen dat Hij in een geestelijke zin Zijn hand over hun ziel moet uitstrekken, evenals toen Jezus op aarde Zijn hand uitstrekte en de melaatsen, de lammen en de blinden van hun lichamelijke ziekten verloste. Dat de psalmist dit bedoelt, blijkt uit het andere gedeelte van hetzelfde vers: „Zullen de overledenen opstaan, zullen zij U prijzen?” Dit is niet de taal van een ziel dood in zonden en misdaden, maar het is de stille ontboezeming van een levende ziel die worstelt met de dood. Wat een onderscheid is er, daar waar leven werkt in en onder de dood en waar de dood volkomen heerst tussen de levendgemaakte ziel, en die waarin niets dan de dood is, zonder enige sprank van geestelijk leven.
J. C. Philpot, predikant te Oakham en Stamford
(”Arm, maar rijk in God”, 2021)