Beginnende lezers kunnen kiezen: van non-fictie tot poëzie
Strips, moppenboekjes, thrillers op kinderniveau – kinderen die nog maar net leren lezen hebben tegenwoordig wat te kiezen.
Zelf lezen (en leren)
Met ”Verschrikkelijke beestjes” kunnen ze hun eerste stappen zetten op het pad van non-fictie. Via heel veel tekeningen en maximaal zo’n dertig woorden per bladzijde (en meestal minder) vertelt de Canadese auteur Elise Gravel over drie dieren: de hoofdluis, de vlieg en de spin. Humor is overal aanwezig en saai wordt het nergens. De grapjes doen denken aan die in populaire graphic novelseries voor iets oudere kinderen. Bij de tekst „De hoofdluis heeft zes pootjes en dus is hij een insect” zegt de afgebeelde luis bijvoorbeeld: „Ja duh, ik ben geen stuk fruit!” Flauw misschien, maar het blijkt kinderen aan te spreken. Dat je het een en ander leert over insecten (en over de spin…) maakt het boek extra leuk.
Boekgegevens
”Verschrikkelijke beestjes”, Elise Gravel; uitg. Querido; 92 blz.; € 14,99
Groep 3? Tijd voor poëzie
Met het lezen van gedichten starten kinderen doorgaans niet zo vroeg. Terwijl een afgerond stukje tekst juist ideaal is voor beginners. Bette Westera –ze dichtte heel wat af in kinderboeken, prentenboeken en poëziebundels– begrijpt dat en maakte ”Hidde Haan vloog naar de maan”, een bundel met „eerste leesversjes.” De gedichten starten op niveau AVI M3 en eindigen, heel uitdagend, bij AVI E6. In het boek, geïllustreerd met collages van Barbara de Wolf, komt een bonte stoet dieren voorbij. Elk dier heeft een eigen gedicht. Dik Dikdik, Elle Libelle, Jelle Gazelle, Resi Ree en Karima Koe bijvoorbeeld (die „loeide liever baa./ (…) Mijn moeder komt uit Afrika./ Daar loeien alle koeien baa”).
Door het heerlijk soepele, Annie M. G. Schmidtachtige rijm van Westera („Ik denk dat ik maar om vlieg.”/ Heel slim van Britta Bromvlieg”) lees je de gedichten snel weg.
Boekgegevens
”Hidde Haan vloog naar de maan”, Bette Westera en Barbara de Wolf; uitg. Gottmer; 62 blz.; € 14,99
Stoere cavia’s
”Pluk en Pluis. De weg naar terug” valt op: een boek van ruim 300 bladzijden voor beginnende lezers. Mathilde Stein waagde zich aan zo’n uitdagend project. Cavia Pluis leidt, totdat cavia Pluk bij hem komt wonen, een rustig leven als huisdier. Pluk blijkt een spannend verleden te hebben en als stoere ”ninjavia” heeft hij heel wat in zijn mars. Een kat, een diefstal, een prinses uit Peru – er komt veel voorbij in het boek. Toch houdt Stein het behapbaar. De zinnen zijn eenvoudig en de verhaallijn is rechttoe rechtaan. De ruime opzet met weinig tekst per bladzijde helpt zeker ook mee. Een boek als dit is echt iets voor kinderen die nog niet zo veel leeservaring hebben maar wel gemotiveerd zijn om in een lang verhaal te duiken. Goed om vooraf te weten: tijdens hun avontuur door dit boek zullen ze ook op een paar bastaardvloeken stuiten.
Boekgegevens
”Pluk en Pluis. De weg naar terug”, Mathilde Stein; uitg. Lemniscaat; 317 blz.; € 15,99