Deze David
Hosea 3:5
„Daarna zullen zich de kinderen Israëls bekeren, en zoeken de Heere hun God en David hun koning; en zij zullen vrezende komen tot de Heere en Zijn goedheid, in het laatste der dagen.”
Deze David hebben zij lang verworpen. En zij verwerpen en verachten Hem nu nog. Maar uiteindelijk zullen zij Hem zoeken en uitroepen als hun Koning, zich onder Zijn machtige bescherming begeven, aan Zijne rechtmatige wetten onderworpen zijn. En zo zullen zij Zijn zacht en liefelijk juk op zich nemen. „Zij zullen vrezende komen tot de Heere en tot Zijne goedheid.” Zij zullen vrezende komen, bekommerd over hun zonde en beducht voor de vervolgingen van de satan, met zorg over hun kostelijke zielen; zo zullen zij komen om bij de Heere Christus te schuilen; zij zullen vrezende komen, als een vogeltje uit Egypte, en als een duif uit het land Assur (Hosea 11:11). Zij zullen vrezende komen, niet met een slaafse vrees, die hen van God zou afdrijven, maar met een kinderlijke vrees en heiligen eerbied voor de Heere, gewillig om Hem te dienen. Zij zullen vrezende komen tot de Heere en tot Zijn goedheid; tot die God, Die zij zo lang getergd hebben door hun zonde, en Die hen nochtans uit loutere goedheid tot Hem heeft willen roepen en krachtdadig trekken. Tot die God, Die uit louter goedheid de schulden van een arm komend zondaar wil vergeven, al zijn die ook tot de hemel omhoog geklommen. Tot die God, van Wie Asaf zei: „Immers is God Israël goed, voor degenen die rein van hart zijn” (Psalm 73:1).
Wulfert Floor,oefenaar in Driebergen
(”Al de eenvoudige oefeningen”, 1913)