Protestvlag bij Prinsjesdag mag, maar niet aan gemeente-eigendom
Mensen die uit protest met een omgekeerde vlag langs de route van de glazen koets op Prinsjesdag willen gaan staan, mogen dat doen, het valt onder de vrijheid van meningsuiting. Maar als een groep het doet, telt het als een onaangekondigde demonstratie, en het kan zijn dat agenten ze dan vragen om naar een speciale plek daarvoor te gaan. Dat laat de gemeente Den Haag maandag weten.
Volgens een gemeentewoordvoerder mogen omgekeerde vlaggen sowieso niet worden vastgemaakt aan gemeentelijke eigendommen. Dat zijn bijvoorbeeld bankjes, lantaarnpalen, bomen en paaltjes langs de weg. Die vlaggen zullen worden weggehaald.
Wanneer er twee mensen of meer samen zijn, telt het als een groep. Het is niet nodig dat ze „allemaal hand in hand” staan, „als ze geïdentificeerd worden als een groep zal het als een demonstratie worden behandeld”, zegt een woordvoerder. Volgens de gemeente zijn er vaker demonstraties bij Prinsjesdag, „het is een dag van democratie, dat hoort erbij”.
Tegenstanders van het kabinetsbeleid hebben de afgelopen tijd veel omgekeerde Nederlandse vlaggen opgehangen. Dit zijn onder meer boeren die tegen het stikstofbeleid zijn, maar bijvoorbeeld ook tegenstanders van coronamaatregelen. Op sociale media gaan maandag oproepen rond om dinsdag naar Den Haag te gaan om daar met omgekeerde vlaggen in beeld te komen tijdens de rijtoer.