Kans op epidemieën Azië is „levensgroot”
De kans dat binnen enkele dagen in Zuidoost-Azië epidemieën uitbreken, is „levensgroot.” Dat stelt internist D. Overbosch, directeur van de Travel Clinic van het Rotterdamse Havenziekenhuis en gespecialiseerd in tropenziekten.
Overbosch voorspelt op grote schaal uitbraken van cholera en tyfus onder de bevolking van de geteisterde gebieden. „Het gaat om zulke grote overstromingen. Overal is water in de rioleringen gekomen. Die overstromen vervolgens, waardoor het drinkwater vervuilt.” Vervuild drinkwater levert volgens Overbosch het grootste risico voor infecties aan de darmen, salmonellavergiftigingen en ziekten als cholera en tyfus.
De slechte hygiëne en het feit dat veel mensen dicht op elkaar zitten en veelal buiten leven, vergroot de kans op epidemieën, het snel verspreiden van de ziekten. Ook het tekort aan voedsel speelt een grote rol. „Ondervoede mensen zijn zwak.”
Bijkomend risico is volgens Overbosch de gezondheid van de duizenden gewonden. „De gewonden verkeren onder zeer slechte, onhygiënische omstandigheden waarin wonden makkelijk infecteren.”
Het feit dat veel lichamen al dagen in het water liggen, draagt volgens Overbosch niet bij aan een groter risico van verspreiding van ziekten. „Waar water is, is de kans op besmetting. De lichamen in het water hebben, afgezien van een nare aanblik en veel stank, geen nadelige gevolgen.”
De internist wijst op het belang van snel actie ondernemen ter plaatse. „Er breken hoe dan ook epidemieën uit. Het is nu zaak om de omvang te beperken. Eerste prioriteit is de mensen voorzien van de juiste middelen en medicijnen. Alle medische zorg daar is letterlijk weggespoeld. In tweede instantie kunnen het Rode Kruis en dergelijke organisaties hulpteams sturen.”
David Nabarro van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft dinsdag gezegd dat het dodental van de vloedgolven in Azië als gevolg van het uitbreken van besmettelijke ziektes op den duur zelfs kan verdubbelen. De kans bestaat dat er net zoveel doden zullen vallen door overdraagbare ziektes in het rampgebied als door de tsunami’s zelf, zei de arts op een persconferentie.
Een vrachtvliegtuig met 35 ton hulpgoederen van Artsen zonder Grenzen (AzG) is dinsdagavond van de Belgische havenstad Oostende vertrokken naar Indonesië. De hulpgoederen zijn bestemd voor de mensen die zijn getroffen door de vloedgolven.
Onder de hulpgoederen zijn medicijnen, dekens, tenten, gereedschappen en watertankjes. Medewerkers van AzG reisden overigens niet mee met het vrachtvliegtuig.
Medische instanties ter plaatse zijn over het algemeen nauwelijks in staat hulp te verlenen. Alleen al in de kuststreken van Sri Lanka zijn drie ziekenhuizen volledig van de kaart geveegd. Op het eiland worden zeker 45 artsen vermist, die waarschijnlijk dood zijn. Dit is woensdagmorgen van officiële bron vernomen. Artsen uit andere streken zijn naar het rampgebied gevlogen. Daar hebben na de tsunamiramp van zondag tienduizenden gewonden medische hulp nodig.