Jetten geeft ontheffing aan gemeenten om sancties gascontract
Alle overheden en andere organisaties die om een ontheffing hebben gevraagd omdat ze nog geen alternatief hebben voor hun Russische gascontract, krijgen deze ontheffing ook. Dat heeft energieminister Rob Jetten besloten. Ook verzoeken die de komende tijd worden gedaan, zullen worden ingewilligd.
Er zijn al aanvragen gedaan door in totaal ongeveer 140 partijen, „waaronder scholen, gemeenten en drinkwaterbedrijven”. Zij hoeven niet voor 10 oktober hun contract op te zeggen met de Nederlandse dochter van het Russische staatsbedrijf Gazprom. Onder andere de gemeente Den Haag heeft ontheffing gevraagd. Die gemeente hield een aanbesteding om een nieuwe leverancier te vinden, maar geen enkel bedrijf meldde zich aan.
Volgens de Nederlandse lezing van het Europese sanctiepakket moeten overheden en andere organisaties deze contracten opzeggen. Maar Nieuwsuur meldde onlangs dat het geld vervolgens alsnog in Russische handen terecht zou komen, omdat ook andere energiebedrijven gas inkopen op de Europese markt, die ook deels door de Russen wordt bevoorraad.
Daarnaast lijkt het beleid tot willekeur in Europa te leiden, omdat „niet iedere lidstaat dezelfde lijn” kiest, hoewel Jetten benadrukt „dat een aanzienlijk deel van Europa banden met Gazprom en haar dochterbedrijven reeds op eigen initiatief heeft verbroken”. „En ik moet helaas constateren dat wat betreft gas er nog steeds geen uniforme lijn binnen de Europese Unie is”, aldus Jetten.
Hij gaat bij de Europese Commissie om „nadere duiding” vragen over hoe de sanctieregels geïnterpreteerd moeten worden. Tot die tijd krijgen alle partijen die een verzoek hebben ingediend, een ontheffing tot in ieder geval 1 januari 2023. Ongeveer de helft van de ingediende aanvragen gaat over de periode 10 oktober tot en met het einde van het jaar, „omdat lopende contracten per 1 januari 2023 toch al afliepen en een nieuwe leverancier moet worden gevonden” voor de periode erna.
Jetten kan zich voorstellen dat dit tot vragen leidt bij „overheden die wel een alternatief hebben gevonden”, schrijft hij aan de Kamer. Zodra hij meer duidelijkheid krijgt van de Europese Commissie, zal hij de Kamer informeren. Ook blijft hij over de sancties in gesprek met overheden, waaronder gemeenten.