Huijgen gaf maandag het eerste college van nieuwe cursusjaar van de TUA. Hij zocht in zijn college antwoord op de vraag of de gereformeerde theologie tot een verrijking van de dogmatiek kan leiden, zodanig dat zij „gezichtspunten biedt die bijdragen aan het oplossen of ten minste aanvatten van hedendaagse vraagstukken.”

Volgens de hoogleraar is dit mogelijk. Hij wees erop dat sinds de filosoof Descartes het leven voor de westerse mens niet meer één is. „In de seculier geworden wereld is godsdienst voor de liefhebbers en bestemd voor een compartiment van het leven.”

De reformator Calvijn krijgt soms het verwijt, bijvoorbeeld van de Canadese filosoof Charles Tayler, dat hij aan de „onttovering” van de wereld en indirect dus ook aan de secularisatie zou hebben bijgedragen. Huijgen zet daar tegenover dat het juist Calvijn is die veel nadruk legde op de eenheid van het leven. „Heel het leven is voor hem een leven coram deo, tegenover God.” Daarom zitten juist „in Calvijns theologie aansluitpunten voor het herwinnen van de eenheid van het leven”, stelde de hoogleraar.

Het startcollege was voor Huijgen overigens ook meteen zijn afscheidscollege. Hij was sinds 2008 verbonden aan de TUA; sinds 2016 was hij daar hoogleraar systematische theologie. De wetenschapper vertrekt naar de Protestantse Theologische Universiteit (PThU). „Het is niet vreemd dat iemand op jouw leeftijd en met jouw gaven na achttien jaar aan deze instelling te hebben gewerkt van baan verandert. Zoiets werkt stimulerend en bij de PThU hebben ze zulk soort mensen als jij nogal nodig. Past dus mooi”, zei TUA-rector prof. dr. H. J. Selderhuis.

Selderhuis memoreerde in zijn zogeheten fata academica dat het totaal aantal studenten aan de TUA 164 betreft. Daarnaast zijn er 63 promovendi, van wie 29 uit het buitenland.