Omwonenden ‘asielhotel’ zijn verbijsterd en bang, zegt inspreker
Inwoners van Albergen zijn „verbijsterd en angstig”. Dat zei Hennie de Haan, een van de insprekers tijdens de ingelaste raadsvergadering in Tubbergen over de onverwachte komst van een asielzoekerscentrum. Daar is staatssecretaris Eric van der Burg (Asielzaken) om naar de raad en omwonenden van het azc te luisteren.
De Haan zei namens diverse omwonenden te spreken, omdat haar buren graag met de staatssecretaris in gesprek zouden willen gaan, maar „emotioneel kapot” zijn. Er is inmiddels een petitie gestart, die nu 3500 keer ondertekend is. Die gaat De Haan na de vergadering aan Van der Burg overhandigen.
Deze eerste inspreker wilde van Van der Burg onder meer weten wat zijn afwegingen zijn geweest om in een kleine gemeenschap als Albergen een azc te willen vestigen. En daarbij de inwoners en het gemeentebestuur te passeren. „Een dictaat zien we niet als een dialoog.”
De situatie in Ter Apel is „schrijnend en stuitend en ik schaam me daarvoor”, zei De Haan. De inwoners van Tubbergen willen wel degelijk bijdragen aan een oplossing voor het vluchtelingencrisis. Maar wel in overleg, benadrukte De Haan. Het is bovendien de landelijke politiek die het zo ver uit de hand heeft laten lopen, voegde ze daaraan toe. „We zijn rustig en vredig gebleven. Zo zijn we.” Ze vroeg aan de staatssecretaris of hij de noodknop wil indrukken. Een luid applaus vanuit de publieke tribune volgde.
Van der Burg erkende dat het kabinet de huidige asielcrisis aan zichzelf te danken heeft. „U heeft daar een punt”, zei de staatssecretaris, die daarmee ook applaus vanaf de publieke tribune oogstte.
De staatssecretaris noemde de verschillende demonstraties in Albergen die sinds de bekendmaking vorige week zijn gehoord „een voorbeeld van hoe het moet. Er is op een waardige manier gedemonstreerd”. Ook de manier waarop de raadsvergadering tot nu toe verloopt, en de inbreng van de eerste inspreker, noemt hij „waardig en respectvol en dat waardeer ik.”
De aankomst van Van der Burg bij het gemeentehuis verliep uiterst rustig. Voorafgaand aan de raadsvergadering zei hij vooral te willen luisteren naar de raad en de insprekers. „Ik kom niet om te onderhandelen.”