Reliek van eerste joodse tempel blijkt vals
Een klein ivoren reliek waarvan lang werd aangenomen dat het het enige tastbare overblijfsel van de eerste joodse tempel in Jeruzalem was, blijkt vals. Dat heeft het Israel Museum in Jeruzalem vrijdag laten weten.
Israëlische experts hebben ontdekt dat het object uit de 13e of 14e eeuw na Christus afkomstig is en niet uit de 8e eeuw voor het begin van de christelijke jaartelling. De inscriptie in antiek Hebreeuws schrift, destijds aangevoerd als het bewijs dat het voorwerp authentiek was, blijkt bij nader inzien veel later te zijn aangebracht.
De kleine granaatappel meet 4,3 bij 2,1 centimeter en is uit een stuk ivoor gesneden. De inscriptie luidt: „Behorende tot de tempel van de Heer, heilig voor priesters". Er werd van uitgegaan dat het reliek was gedragen door aan de tempel van koning Salomo verbonden priesters.
Het museum kocht het voorwerp in 1988 voor ongeveer een half miljoen dollar van een onbekende eigenaar. De granaatappel zou in 1979 voor het eerst in een antiekwinkel in Jeruzalem zijn opgedoken. Het verscheen in 1985 op een tentoonstelling van joods–christelijke voorwerpen in Parijs en verdween toen weer.