Lang geduld
Openbaring 3:20b
„Indien iemand Mijn stem zal horen en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen.”
Bewonder en aanbid het bijna eindeloze geduld dat Ik voor u heb. Ja, nog eens, let erop, luister toch naar Mijn raad, denk er toch ernstig over. Het is een belangrijke zaak. Het werkt in u de zaligheid of het verzwaart uw oordeel in die grote dag. Laten die aanbiedingen toch opwekken om er gebruik van te maken. Het is net alsof wij Paulus zijn prediking horen besluiten in Handelingen 13:38, 40 en 41: „Zo zij u dan bekend, mannen broeders, dat door Deze u vergeving van zonden verkondigd wordt.” Zie dan toe, dat over u niet kome, wat gezegd is in de profeten: ziet u, verachters, en verwondert u en verdwijnt.” Zo doet Jezus hier ook met deze opwekking. Hij trekt onze aandacht en vraagt ons goed op te letten. Wat had de Heiland te zeggen, wie van ons zal ernaar luisteren? Zie, Ik sta aan uw deur, en Ik klop. U ziet dat het voorstel tweeledig is. Eerst geeft Christus een bericht van wat Hij doet. Het is: „Ik sta aan de deur en Ik klop.” Dan vinden wij het zegenrijke aanbod van genade: „Indien iemand Mijn stem hoort en de deur opendoet, Ik zal tot hem inkomen.” Wij moeten de verrichtingen vol liefde van de Heere Jezus in de gemeente van Laodicéa nauwkeurig bekijken. Het geeft ons heerlijk stof tot nadenken.
Th. Avinck, ouderling en oefenaar te De Bilt
(”12 Practicale verhandelingen”, 1784)