Archeologen: Bijbelse Kana is gevonden
Israëlische archeologen vermoeden dat ze het bijbelse dorpje Kana, waar Jezus op een bruiloft water in wijn veranderde, hebben gevonden. Dat heeft de Israëlische Oudheidkundige Dienst bekendgemaakt.
Opgravingen in het westelijk deel van de huidige Arabische plaats Kfar Kana in Galilea brachten overblijfselen aan het licht van een nederzetting die 700 jaar lang heeft bestaan in de hellenistische, Romeinse en Byzantijnse periodes. De onderzoekers hebben ruïnes van gebouwen, keukengerei en een ritueel bad ontdekt.
Het bad had een afmeting van 2 bij 4,5 meter en was voorzien van een dak. Gedurende de Romeinse periode raakte het in onbruik, waarna het met stenen werd afgedekt.
De leider van de opgravingsoperatie, Yardena Alexander, vermoedt dat het om de plaats Kana in Galilea gaat, die bekend is uit de joodse en de christelijke geschiedenis. Het evangelie naar Johannes noemt Kana als de plaats waar Jezus water in wijn veranderde.
Na de verwoesting van de tempel, in het jaar 70 na Christus, en de opstand van Bar Kochba, van 132 tot 135 na Christus, vluchtten de joden uit Judea naar Galilea. Families van priesters vestigden zich in een aantal Galilese steden en ze bleven de baden gebruiken voor rituele reiniging, zoals ze ook rondom de Tempelberg in Jeruzalem hadden gedaan.