Liefde tussen CU en SGP in EU bekoelde de afgelopen jaren zichtbaar
De Europese breuk tussen ChristenUnie en SGP komt niet onverwacht. Ze is eerder het sluitstuk van een ontwikkeling waarbij de drang om samen te werken van lieverlee steeds minder werd.
Er was een tijd dat de SGP en de voorlopers van de CU het maar moeilijk eens konden worden over het wel of niet vormen van een gemeenschappelijke lijst in het EU-parlement. Neem 1979. De eigen vrijgemaakte identiteit was voor het GPV toen nog dermate belangrijk dat de partij de voorkeur gaf aan twee gescheiden lijsten. Gevolg: nadat de stemmen waren geteld bleek noch de een, noch de ander in het EU-parlement een zetel te hebben behaald.
Tijden veranderden. In 1984 was er een gezamenlijke lijst, waarna ook de eerste gemeenschappelijke zetel in de wacht werd gesleep. Die werd ingenomen door de irenische, in 2020 overleden Leen van der Waal. Tien jaar later verdubbelde het zetelaantal, in 1999 werden het er zelfs drie.
Het vrouwenstandpunt van de SGP zorgde tussen 2009 en 2014 indirect voor een vijfjarige breuk. Partijen uit meerdere lidstaten vormden in die tijd de nieuwe fractie van Europese Conservatieven en Hervormers (ECH) in het EU-parlement. Zowel ChristenUnie als SGP hadden het voornemen daarbij aan te haken, totdat de Britse Conservatieven over de toetreding van de staatkundig-gereformeerden hun veto uitspraken. Voor een partij die zich keerde tegen vrouwen op de kandidatenlijst was in de nieuwe groepering geen plaats, oordeelden de Britten gedecideerd.
Vijf jaar zocht de SGP onderdak bij het Europa van Vrijheid en Democratie (EVD), maar in 2014 leek alles weer koek en ei. Onder druk van de rechter zwakte de SGP haar standpunt af en van 2014 tot 2019 zaten beide weer in de ECH.
Wrijvingen
Wie in 2019 het oor te luisteren legde achter de schermen, hoorde echter al snel dat de wil om gemeenschappelijk op te trekken bij beide partijen fors was geslonken. Gezamenlijke optredens van de beide voorlieden, de SGP’er Bas Belder en de CU’er Peter van Dalen, waren schaars. Botsende karakters van beide politici en onderlinge wrijvingen die deels op persoonlijk vlak lagen, waren daar mede debet aan. Het ultieme bewijs dat de liefde tussen de twee fors was bekoeld, werd geleverd in een interview dat Belder in het voorjaar van 2019 gaf aan het blad Epoque. Daarin zette hij de CU vanwege haar gewijzigde opvatting ten aanzien van de Europese grondwet neer als „de Capriolen-Unie.” Van Dalen kreeg van hem het verwijt voortdurend te tornen aan de onderling overeengekomen portefeuilleverdeling.
Hoewel het nooit expliciet zo is uitgesproken, leefde in SGP-kring de hoop dat het afzwaaien van de 72-jarige Belder en het aantreden van zijn opvolger Bert-Jan Ruissen in de periode vanaf 2019 en daarna een kentering teweeg zouden brengen. Ruissen had in het EU-parlement al een aardige staat van dienst opgebouwd als beleidsmedewerker en genoot bij beide partijen de reputatie van een teamplayer. Uitgerekend in die tijd nam de afstand tussen beide partijen echter alleen maar toe.
De verwijdering begon in Nederland. De SGP koos daar voor een afwachtende houding ten opzichte van Forum voor Democratie (FVD) en Thierry Baudet, maar de ondertoon was onmiskenbaar positief-kritisch. De ChristenUnie stak niet onder stoelen of banken grote reserves te koesteren ten opzichte van de nieuwe partij. Het verschil leek puur een nationale kwestie te zijn en hooguit her en der bij de vorming van provinciebesturen een rol te spelen. Dat het toch een slagje anders lag, bleek toen FVD na een succesvolle deelname aan de EU-verkiezingen van 2019 ook zetels in de wacht had weten te slepen in het EU-parlement. De partij van Baudet werd welkom geheten in de ECH-fractie, waarna Van Dalen de Europese groepering verliet.
Woordvoerders van CU en SGP, die met een gezamenlijk programma de verkiezingscampagne waren ingegaan, verzekerden dat ”Samen uit, samen thuis” het motto zou blijven. Al gauw kreeg dat iets gekunstelds, iets van een bezweringsformule die andere, dieperliggende kloven moest maskeren. Een voorbeeld: tal van CU’ers riepen elkaar in 2019 via sociale media publiekelijk op een voorkeurstem uit te brengen op de nummer drie van de kandidatenlijst, CU-politica Anja Haga, in de hoop dat niet de SGP’er Ruissen maar zij de tweede zetel zou gaan innemen. CU-prominent Roel Kuiper haalde bij zijn afscheid als Eerste Kamerlid venijnig uit naar de SGP. Die zou al rechtser en rechtser zijn geworden, betoogde hij, en zich in toenemende mate van de CU hebben vervreemd.
Er bewoog kortom het een en ander, en de verzekering dat CU en SGP er na het vertrek van Van Dalen uit de ECH-fractie alles aan zouden doen om bij elkaar te blijven, was feitelijk van meet af aan een lege huls. Vanaf het moment dat Van Dalen begon voor te sorteren op een switch naar een andere politieke familie hing de dreiging van een breuk al onafwendbaar boven de markt. Die volgde ook: Ruissen bleef in de ECH, Van Dalen sloot zich aan bij de Europese Volkspartij (EVP).
Bindende kracht
Hoewel de twee christen-Europarlementariërs bleven samenwerken op de beleidsterreinen landbouw, visserij en godsdienstvrijheid, bleek het verkiezingsprogramma van lieverlee zijn bindende kracht te verliezen. Al in het eerste jaar na de verkiezingen week Van Dalen daar vanaf, bij stemmingen over de EU-begroting en de EU-toetredingsgesprekken met Noord-Macedonië.
Nóg een verschil: de CU kon zich vinden in de Green Deal, het pakket aan klimaat- en milieuwetten van Eurocommissaris Frans Timmermans, de SGP niet. Én, waar de CU ermee kon leven dat de EU het coronaherstelfonds zou financieren door de uitgifte van langlopende herstelobligaties keerde de SGP zich ook daartegen.
Een terugkeer naar de tijd van de innige samenwerking brak dus niet aan. De verwijdering bleef en het profiel van beide partijen veranderde verder. Met als voorlopig sluitstuk de donderdag bekendgemaakte breuk.