Cultuur & boeken

Helden uit het Duitse verzet

Wie als Duitser tijdens de Tweede Wereldoorlog Joden hielp, zette alles op het spel. Dat blijkt wel uit ”In de schaduw van Schind­ler”, waarin Kevin Prenger „heldhaftige en onbekende verhalen over Duitse Jodenhelpers tijdens de Holocaust” optekende.

Betsy Biemond-Boer
13 July 2022 11:02
Hermann Friedrich Graebe. beeld Yad Vashem
Hermann Friedrich Graebe. beeld Yad Vashem

Prenger (1980) is hoofdredacteur artikelen van TracesOfWar.nl, het grootste Nederlandstalige onlinenaslagwerk over de Tweede Wereldoorlog. In zijn nieuwste boek gaat het onder meer over Duitsers die in de oorlog vanwege hun verzetsactiviteiten door hun familie werden verstoten, naar het buitenland werden verbannen of gevangen werden gezet. Bij een van de hoofdpersonen werd het huis doorzocht terwijl haar Joodse vriend zich in de bedbank verborgen hield. En dat zijn dan verhalen van mensen die de oorlog overleefden.

Anders dan in andere landen is in Duitsland slechts een heel klein aantal personen door Yad Vashem (de officiële staatsinstelling van Israël voor het herdenken van de Joodse slachtoffers van de Holocaust en de redders van Joden) als ”Rechtvaardige onder de Volken” erkend voor de hulp die zij verleenden aan hun Joodse medeburgers. Van dat kleine aantal –in totaal slechts 641– is eigenlijk alleen het verhaal van Oskar Schindler, de emaillefabrikant die in het Poolse Krakau honderden Joden wist te redden van deportatie, wereldwijd bekend. Zijn verhaal werd in 1993 door Steven Spielberg verfilmd.

Die onbekendheid is onterecht, betoogt Prenger in de inleiding van ”In de schaduw van Schindler”. Prenger brengt een zestal Duitsers met hun netwerk van helpers voor het voetlicht die hun levens waagden voor bekende en onbekende Joodse naasten. Na de oorlog kregen ze geen erkenning voor wat ze hadden gedaan; deze Jodenredders werden vaak gezien als nestbevuilers. Wie Prengers boek heeft gelezen, kan alleen maar beamen dat meer aandacht voor hun daden terecht is.

Partijlid

Dat deze zes personen hun leven op het spel zouden zetten om anderen te redden, zou je bij de meesten van hen vooraf niet hebben bedacht. Fritz Gräbe bijvoorbeeld wordt in 1931 lid van de NSDAP, terwijl hij wist van het antisemitisme in deze partij. Toen hij op een partijbijeenkomst een paar jaar later daarop kritiek uitte, werd hij gevangengezet. Na zijn vrijlating werd hij als partijlid geschrapt en hield hij zich gedeisd.

Tijdens de oorlog diende hij als burgeringenieur in overheidsdienst. Zo kreeg hij in 1941 opdracht om in Oekraïne leiding te geven aan de Duitse fabriek Jung. Gräbe probeerde, net als Oskar Schindler, zo veel mogelijk Joodse werknemers dienst te laten nemen in zijn fabriek en ook op de administratie, hoewel dat verboden was. Toen op een avond de deportaties van Joden uit het plaatselijke getto van Rivne begonnen, nam hij plaats voor het huis waarin werknemers van de firma Josef Jung zich schuilhielden. Terwijl om hen heen het getto in rep en roer was door het geweld van de SS’ers, bleef Gräbe op zijn post.

Op een gegeven moment wilden Oekraïense soldaten toch de deur van het huis intrappen. Gräbe sprak geen Oekraïens en de militairen spraken geen Duits, dus trok hij zijn pistool uit zijn jas om de belagers weg te jagen. De volgende ochtend, toen het gevaar geweken leek, vertrok Gräbe om uit te rusten. Kort daarna kwamen Oekraïense militairen toch het gebouw binnen en namen zeven Joden met zich mee. Gräbe werd door een collega uit zijn slaap gewekt en keerde snel terug naar het huis om te voorkomen dat er nog meer Joden zouden worden meegenomen.

Mozes

Daarna ging hij naar de verzamelplaats om zijn gevangengenomen werknemers terug te halen. Daar liep SS-commandant Pütz met een hondenzweep. Hij weigerde Gräbes werknemers af te staan, maar gaf wel toestemming voor het veiligstellen van de overige Joodse werknemers in het getto. Gräbe liep zelf mee aan het hoofd van de stoet werknemers bij het vertrek uit Rivne, wat hem de bijnaam ”de Mozes van Rivne” opleverde.

Na de oorlog getuigde Gräbe bij de Neurenbergse processen over de massamoorden op Joden die hij meemaakte in het Oekraïense Dubno. Dit aangrijpende, feitelijke getuigenis werd hem door zijn Duitse buren en kennissen niet in dank afgenomen en maakte zijn naoorlogse bestaan moeizaam.

Gräbes verhaal als NSDAP-lid en fabrikant is uniek, maar tegelijk ook kenmerkend voor de andere verhalen van Jodenredders in dit boek. Zij zetten hun bezittingen en hun leven op het spel om hun Joodse naasten te helpen. Dat verklaart waarom hun aantal zo klein was: het was letterlijk levensgevaarlijk om Joden te helpen. Tegenstanders van het naziregime kwamen terecht in concentratiekampen, waaruit ze niet of gebroken terugkeerden. Maar liefst 12.000 Duitse burgers werden vanwege hun tegenwerking met de guillotine onthoofd.

Bovendien was de Duitse bevolking al veel langer geïndoctrineerd door de ideeën van de nazi’s en leefde ze al langer onder de terreur van angst, waardoor verzet moeilijker was. Duitse Joden woonden ook vrij geconcentreerd in steden, waardoor er hele regio’s waren waar Duitsers geen Joden kenden. En wellicht zijn juist door de lange periode van vervolging veel heldenverhalen verloren gegaan omdat de Joodse slachtoffers uiteindelijk toch omkwamen.

Wat voor soort mensen gaan dan uiteindelijk, ondanks het gevaar, tot deze verzetsdaden over? Wat hebben zij gemeen? Niets, zo blijkt uit de verhalen die Gräbe optekende, behalve dat zij hun eigen leven op het spel zetten om Joden te redden.

Te weinig enthousiast

Er is een adellijke jongedame, Maria Von Maltzan, die door haar broer uit de familie wordt gezet omdat ze te weinig enthousiast is over de nazi’s. Er is een auteur, Armin Wegner, die in april 1933 een brief naar ”Herr Reichskanzler” Hitler schrijft om zijn kritiek op de antisemitische politiek van de nazi’s te spuien en beseft dat hij naar het buitenland moet uitwijken. Er is een Berlijner, Otto Weidt, die zijn opgepakte onderduikster achterna reist naar Auschwitz-Birkenau en verder en haar leven zo weet te redden. Er is een sociaaldemocraat, Ludwig Wörl, die als gevangene in Auschwitz kans ziet om vele Joodse levens te redden. Er is Gustav Schröder, die lid is van de NSDAP om kapitein te kunnen worden en zich door de bemanning laat begroeten met ”Heil Hitler”, maar in 1939 toch met zijn schip St. Louis vol Joodse vluchtelingen, die niet in Cuba van boord mogen, blijft varen tot hij ze in veiliger landen heeft afgeleverd.

Prenger sluit na het vertellen van deze indrukwekkende verhalen af met de vraag hoe deze helden tot hun daden zijn gekomen. Het is een vraag die na de oorlog talloze malen gesteld en bediscussieerd is, al dan niet in wetenschappelijke experimenten. Er zijn factoren die verschil maken –zoals het zichtbaar en nabij zijn van slachtoffers, geen anderen die bereid zijn om te helpen, het ontbreken van haast– maar tegelijk zijn dat slechts algemene patronen en geen verklaringen waarom de ene burger in een politiebataljon tot vreselijke daden komt en een andere burger zich ontpopt tot held. Wie beseft dat een mens geneigd is tot kwaad, weet ook dat veel mensen zullen buigen voor terreur en geweld. Dat er dan toch nog enkelingen in staat waren tot zo veel moed en zelfopoffering, is te meer indrukwekkend om te lezen.

Boekgegevens

”In de schaduw van Schindler. Heldhaftige en onbekende verhalen over Duitse Jodenhelpers tijdens de Holocaust”, Kevin Prenger; uitg. Just Publishers; 300 blz.; € 22,50

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer