Straatlantaarn van rijstvlies blijkt oersterk
Oryza maakt met rijstvlies als basisgrondstof lampen voor lantaarnpalen. Zonder eigen fabriek. Directeur Jan Martijn van der Stouwe besteedt de productie en logistiek uit.
Waar zit het addertje onder het gras? Dat vroeg Jan Martijn van der Stouwe zich dagelijks af in de afgelopen anderhalf jaar toen hij werkte aan een verlichtingsarmatuur van rijstvlies.
Maar verraderlijke risico’s doken niet op. Integendeel, de ondernemer denkt een gat in de markt te hebben gevonden. De eerste klant is de gemeente Barneveld; deze heeft begin 2022 de wereldprimeur. Enkele lampen van Oryza verlichten nu een weg nabij de Thorbeckelaan.
Het idee is ontstaan toen zijn huidige compagnon voorstelde om bestaande armaturen van bamboe te gaan vermarkten. Van der Stouwe, technisch bedrijfskundige, heeft dan bijna tien jaar ervaring met advisering over openbare verlichting. Al snel bleek dat bamboe op zich goed materiaal was, maar niet het meest duurzame. „Niet het ei van Columbus.” Ze komen terecht bij een bedrijf dat verkeersborden maakt met de rijstomhulsels als grondstof.
In hun vrije tijd werken ze aan een prototype voor een lamp. Het verrast hen hoe bruikbaar rijstvlies is. „Plaatmateriaal van rijstvlies bestaat al twintig jaar”, vertelt Van der Stouwe. „Het wordt gebruikt voor bijvoorbeeld gevelplaten, vlonders en tuinmeubilair. Omdat het materiaal zich al bewezen heeft en bestand is tegen vocht en rotten, kan ik tachtig jaar garantie geven op onze armaturen.”
-De crux zit in de revolutionaire ontwikkeling van LED. „Voorheen moest het omhulsel van aluminium zijn om de lampen te koelen. Door steeds vernieuwende technieken geeft LED meer licht, terwijl het minder warmte afgeeft. Daarom mag de behuizing nu ook van ander materiaal zijn.”
Het vlies van de rijstkorrel komt uit Azië, waar rijstplanten worden geteeld. De vliesjes worden als afval beschouwd. Om er stevig plaatmateriaal van te maken, worden ze met calciet (een zachte steensoort) en gerecycled pvc gemengd. Het mengsel wordt vervolgens samengeperst. Het resultaat voelt aan als hout, ziet er ook zo uit en is te bewerken als hout, maar rot en schimmelt niet.
Zou de armatuur worden afgeschreven, dan kan Oryza hem weer voor honderd procent opnieuw gebruiken. „We gebruiken dus afval uit de keten en daarna is het nooit meer afval.”
Wie een eigen fabriek verwacht achter Oryza, zit ernaast. Het bedrijf omvat slechts een bedrijfsunit van 200 vierkante meter, die bestaat uit een bescheiden magazijn en een bovengelegen kantoor met drie werkplekken.
Ballast
De productie besteedt Van der Stouwe namelijk volledig uit. Een werkvoorbereider en managementassistente huurt hij in bij zijn andere bedrijf, TAST B.V. „Zo min mogelijk ballast en randzaken. Anders krijg ik stress.” Klanten kunnen op de website informatie vinden over het product en digitaal een offerte opvragen. Een computerprogramma maakt een bestek (werkomschrijving). De materialen gaan rechtstreeks naar de producent. Een logistiek bedrijf zorgt voor rechtstreekse verzending naar de klant.
Die manier kijkt Van der Stouwe af bij autobouwer Tesla. „Zonder langs te gaan bij een dealer bestel je gewoon je Tesla op internet: fantastisch.”
Met de armatuur van rijsthulzen kan Oryza niet concurreren op prijs. Aan de lampen hangt een prijskaartje van 500 euro. „We kunnen niet tegen concurrenten op die de klassieke lamp maken. Maar dat willen we ook niet. Niet de laagste prijs, maar duurzaamheid moet leidend zijn. We zien dat steeds meer bij aanbestedingen.”
Van der Stouwe noemt voor de vuist weg wat ideeën voor de toekomst. „Een kleinere armatuur voor bijvoorbeeld langs een fietspad. Verder kan het pvc nog duurzamer worden door melkzuurbacterie te gebruiken. En misschien zouden we ook een mast van rijstvlies kunnen ontwerpen.”
Dit jaar richt de ondernemer zich op klanten in Nederland. Daarna wil hij de grens over. „In Denemarken hebben we al contacten lopen.”