Taal: bila, liboza, horeca
Schrijf een keer over de opkomst van de afkorting, zei een collega onlangs. Volgens hem wemelt het in de Nederlandse taal tegenwoordig van de afkortingen, „meer dan toen ik een jochie was.” Toen ik mijn afkortingenantenne aanzette, ontdekte ik dat hij zomaar gelijk zou kunnen hebben.
In mijn eigen werk blijk ik tientallen afkortingen te gebruiken, vaak met dank aan digitale systemen. De pagina die u nu leest, is geen cultuurpagina over taal, maar een boe – voor het gemak noemen we alle cultuurpagina’s namelijk boekenpagina’s, afgekort tot boe. Andere pagina’s heten ach (achtergrondverhaal), col (column), gsp (het gesprek) en rep (reportage).
„Morgen heb ik een bila met hem”, hoorde ik op de redactie. Het verraste me dat ik meteen doorhad dat het om een bilateraal overleg ging.
Er was een vergadering waarin iemand voorstelde om iets met cz te bespreken. En ik dacht: wat heeft een zorgverzekeraar hiermee te maken? Toen ik dat vroeg, werd me uitgelegd dat cz staat voor commerciële zaken, een afdeling binnen het bedrijf. Je hebt bij EMG ook bd: business and development. En marcom: marketing en communicatie.
In kerkelijk Nederland zijn de afkortingen ook niet van de lucht. Onlangs had je een veelbesproken gs van de CGK. En zo hebben elk kerkverband en elk overlegorgaan hun eigen code. Er zijn zelfs gemeenten waar de kerkenraad wordt gedecimeerd tot kr.
Een collega kreeg een mail waarin iets stond over Driestar Educatief, afgekort tot DE. Aan het einde van haar uitgebreide reactie volgde de tamelijk essentiële vraag: „Wat is DE, is het belangrijk dat wij er iets van weten?” Tja, het had zomaar over een bekend koffiemerk kunnen gaan.
In de militaire wereld wemelt het van de afkortingen. Prachtig vind ik de liboza, de linkerbovenzak – het borstzakje van je blouse. Verder schijnen militairen te spreken over de bevo, de bevoorrading. Als ze naar de hiba gaan, zijn ze onderweg naar de hindernisbaan. En vragen ze om een lupa, dan willen ze een lunchpakket.
Je zou kunnen zeggen: stop met het gebruik van afkortingen, want ze maken een taal onduidelijk. Maar afkortingen zijn ook leuk; ze maken het taalgebruik mysterieuzer. En soms blijkt een afkorting heel praktisch en onmisbaar. Neem het woord horeca, dat is toch veel handiger dan ”bedrijfssector van hotels, restaurants en cafés”?