Commissie moet waarheid boven tafel krijgen voor gedupeerde Groningers
Kapotte huizen en verzakte boerderijen; nog dagelijks herinneren die de Groningers aan decennia van gasproductie. Is er al die tijd voldoende rekening gehouden met hun belangen? De parlementaire enquêtecommissie begint maandag met de openbare verhoren.
Het was bijna te mooi om waar te zijn. In de buurt van het Groningse Slochteren, onder het land van boer Kees Boon, bleek gas te zitten. Later werd duidelijk dat met de gasvondst uit 1959 uiteindelijk het grootste aardgasveld van Europa is blootgelegd.
Jarenlang pompte de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) −eigendom van Shell en Esso− er tientallen miljarden kubieke meters gas op. Ondanks de aardbevingen die er in Groningen plaatsvonden. De beving in Huizinge, 16 augustus 2012, bleek een keerpunt. Deze aardschok, die een kracht had van 3,6 op de schaal van Richter, staat bij menig Groninger nog diep in het geheugen gegrift. Enkele jaren later nam de overheid het besluit: de gaswinning moet terug naar nul.
De parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen neemt het gasdossier van begin tot eind onder de loep. De commissie start maandag met het onder ede horen van betrokkenen. Doel van het zwaarste onderzoeksinstrument dat de Tweede Kamer tot haar beschikking heeft, is waarheidsvinding. De onderste steen moet boven. In de woorden van commissielid Kwint (SP): „De Groningers hebben recht op duidelijkheid over hoe met hun belangen is omgegaan in de afgelopen jaren.”
De commissie zal helder willen stellen wie er verantwoordelijk is voor de genomen gaswinningsbesluiten. Vooral de gasproductie in 2013 ligt bij veel Groningers nog steeds zwaar op de maag. Naar aanleiding van de beving in Huizinge kwam onafhankelijk toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) in januari 2013 met het advies aan toenmalig minister Kamp (Economische Zaken) om de gasproductie in Groningen zo snel mogelijk te verlagen. Alleen als de gaswinning „heel drastisch” zou worden verminderd of gestopt, was er te verwachten dat er binnen enkele jaren geen voelbare bevingen meer zouden plaatsvinden. In z’n geheel stoppen met de productie vond SodM destijds „niet heel realistisch.” Daarom pleitte de toezichthouder ervoor om de gaswinning significant te verminderen en riep op tot snelle besluitvorming.
Zo is het niet gegaan. Minister Kamp gaf in 2013 opdracht tot veertien onderzoeken, waardoor de besluitvorming vertraagde. Woedend waren de Groningers toen in januari 2014 duidelijk werd dat er in het voorgaande jaar niet minder, maar meer gas uit de bodem was gehaald vergeleken met eerdere jaren. De productie was in dertig jaar niet zo hoog geweest.
Beleidskeuze
De commissie zal precies willen weten welke betrokken partij leidend is geweest in de besluitvorming. De ogen zijn dan met name gericht op de Staat en de bestuurders van de NAM en Shell. De betrokken bestuurders zullen verantwoording moeten afleggen voor de gemaakte beleidskeuzes. Waarom viel de productie in 2013 zo hoog uit? Waarom werd het advies van SodM niet direct opgevolgd?
Ook de voortgang van de versterkingsoperatie zal in de enquête aan bod komen. Want dat het hard nodig is om de beschadigde huizen te verstevigen, is ook staatssecretaris Vijlbrief (Mijnbouw) wel duidelijk. Gevoelens van onveiligheid kregen vat op de bewindsman toen hij een bezoek bracht aan verzakte boerderijen. „Je kijkt de hele tijd naar boven en denkt: er moet nu geen aardbeving komen”, blikte hij terug in een interview met NRC.
De Staat en de NAM zijn twee belangrijke spelers geweest in de besluitvorming over de gasproductie. Beide partijen moeten daarom ook in samenwerking met elkaar met een oplossing komen voor gedupeerde Groningers. Inmiddels hebben de NAM en de overheid een overeenkomst gesloten waarin vastligt dat het bedrijf tijdens de versterkingsoperatie op afstand staat, maar wel verantwoordelijk is voor de kosten.
Bonnetjes
De enquêtecommissie zal een helder oordeel willen vellen over het vraagstuk hoe de NAM en de Staat zijn omgegaan met hun aansprakelijkheid voor de gevolgen van de gaswinning. Hebben zij in hun handelen voldoende de belangen van de Groningers gediend?
Het is duidelijk dat de Staat en de NAM uiterst moeizaam door een deur kunnen. Een paar maanden geleden schreef Vijlbrief aan de Tweede Kamer dat hij „teleurgesteld” is dat de NAM een deel van de kosten van de versterkingsoperatie „juridisch betwist.” Al bijna twee jaar betaalt de NAM niet meer dan 60 procent van de bonnetjes.
Ondertussen wil de operatie nog steeds niet vlotten. Het SodM concludeerde deze week nog dat het tempo waarmee huizen worden versterkt met een factor drie omhoog moet. Anders zal het doel om in 2028 alle huizen verstevigd te hebben niet worden gehaald. Ook na de enquête hebben de Groningers dus nog een lange weg te gaan.