Ollongren: onze militairen maakten het verschil in Afghanistan
„Onze” militairen hebben in Afghanistan laten zien waar zij toe in staat zijn. Dat zei minister Kajsa Ollongren (Defensie) zaterdag in een toespraak tijdens de uitreiking van de vaandelopschriften, een bijzonder ereteken, aan achttien krijgsmachteenheden voor hun inzet in Afghanistan. Dat gebeurde tijdens de Veteranendag in Den Haag.
Volgens Ollongren wisten de militairen in Afghanistan samen het verschil te maken. „Tegen een vijand die zich, soms letterlijk, verschool achter de lokale bevolking. Onder continue dreiging van aanslagen en bermbommen. En in een complexe samenleving waarin het verschil tussen vriend of vijand vaak niet duidelijk was.”
Twintig jaar lang hebben onze militairen zich in dit land ingezet voor vrede en veiligheid, aldus Ollongren. „Keer op keer stegen zij boven zichzelf uit. Stelden zij hun eigen leven in de waagschaal om dat van anderen te beschermen.”
Veel Afghanistanveteranen kijken met trots terug op hun missie, aldus de minister. „Maar naast de trots, is er ook teleurstelling. Teleurstelling over de terugtrekking van onze troepen. Deze week is het een jaar geleden dat de laatste Nederlandse militairen uit Mazar-e-Sharif vertrokken na twee decennia betrokkenheid”, herinnerde Ollongren het toehorend publiek.
Een generatie Afghanen die heeft geleefd in betrekkelijke vrijheid, meisjes konden naar school, aldus de minister. „Er was hoop. Met de machtsovername van de Taliban is de hoop vervlogen, en werk van onze militairen deels tenietgedaan. En zeker voor de militairen die in Afghanistan gewond zijn geraakt en de nabestaanden van de gesneuvelde militairen is dit extra pijnlijk.”
De twintig jaar waarin Nederlandse militairen actief zijn geweest in Afghanistan heeft volgens Ollongren onze krijgsmacht gevormd. „De kennis en ervaring die we daar hebben opgedaan dragen we over op nieuwe generaties militairen. Militairen die staan op de schouders van hun voorgangers. Hiermee bouwen we aan een toekomstbestendige krijgsmacht.”
De oorlog in Oekraïne laat zien dat dit geen luxe is, maar bittere noodzaak, zei de minister. „Met de uitreiking van de vaandelopschriften markeren we een uitzonderlijke periode in de geschiedenis van onze krijgsmacht. En staan we stil bij de onderlinge verbondenheid binnen de krijgsmacht en tussen militairen. Ze zijn verbonden in het besef dat datgene wat ons dierbaar is - vrede, veiligheid en vrijheid - bescherming verdient.”