TU-studenten willen tonen dat hyperloop ‘geen sciencefiction’ is
Capsules die mensen met 1000 kilometer per uur door een buis laten zweven op weg naar hun bestemming. Het lijkt misschien futuristisch, maar studenten van de TU Delft zijn ervan overtuigd dat de zogeheten hyperloop het transportmiddel van de toekomst is. Met een expositie in Rotterdam laten ze het publiek zaterdag kennismaken met hun visie én hun nieuwe prototype.
Hyperloops zijn een soort buizenpost voor mensen of goederen. De treinen, zogeheten pods, moeten er uiteindelijk in een bijna-vacuüm doorheen flitsen. Potentieel kun je zo in een halfuur van Amsterdam naar Parijs reizen, volledig elektrisch en zonder uitstoot van CO2 of andere schadelijke stoffen.
„Het grootste pluspunt is de efficiëntie”, vertelt Gijs Roodenburg (23) van het studententeam. „Omdat er geen lucht- of rolweerstand is, heb je veel minder energie nodig dan wanneer je bijvoorbeeld een elektrisch vliegtuig zou bouwen.”
De pod die het studententeam Delft Hyperloop zelf heeft gebouwd, vormt het middelpunt van de zogeheten Hyperloop Experience, die zaterdag wordt gehouden in het gebouw Steur in Rotterdam-West. De Helios I is een schaalmodel van 2 meter lang.
Nieuw in dit ontwerp is dat de pod aan de bovenkant wordt geleid en niet meer over een soort rails rijdt, zoals eerdere modellen van de TU. De pod zweeft door middel van een elektromagnetisch systeem. „De eerste keer dat we hem zagen vliegen, was echt een bijzonder moment”, zegt Barte van der Zijden (22), die ook in het team zit.
In een rapport schrijft Delft Hyperloop dat dit vervoermiddel zich in de toekomst zal onderscheiden met „snellere reistijden, verbeterd comfort en potentieel lagere ticketprijzen”. Het aanleggen van de infrastructuur vereist wel „een enorme investering” aan het begin.
„We willen het concept tastbaar maken en uit de sciencefiction-sfeer halen”, legt Van der Zijden uit. „Het moet mogelijk zijn om binnen 20 jaar goederen per hyperloop te vervoeren en binnen 30 jaar mensen”, denkt ze.
Politiek leeft het onderwerp nog niet erg, erkennen de studenten. Ook op technisch vlak zijn er nog uitdagingen. Zo is standaardisatie nodig. „Als verschillende hyperloopbedrijven andere technieken gebruiken op hun pods en in de baan, kunnen pods van het ene bedrijf potentieel niet over de baan van een ander.” Verder is goede grensoverschrijdende samenwerking nodig.
De gestroomlijnde Helios I oogt snel, maar daar ligt nog niet de nadruk op. Dit model gaat als het meezit zo’n 70 kilometer per uur. Belangrijker is de achterliggende techniek, leggen de studenten uit. Op 23 juli gaat hun prototype op een testbaan in Hilversum de concurrentie aan met exemplaren van studententeams uit andere landen.