Arwyn, de gebrandmerkte banneling, is terug
In 2006 won hij met ”De adelaar en de koning” de christelijke boekenprijs Het Hoogste Woord. Acht jaar later verscheen vervolg ”Amyra”. Nu –weer acht jaar later– is het derde boek van Arjan Wilschut af. Maar dat zou toch ”De Gouden Poort” heten en het slotstuk van een trilogie over fantasieland Tir vormen?
De nieuwste loot aan de Wilschutstam heet ”Arwyn. Het teken van de Banneling” en speelt in de tijd vóór ”De adelaar en de koning”. Toch is het daarmee geen nieuwe uitgave in de trilogie ”Het boek van Aderyn”, waarvan ”De adelaar en de koning” en ”Amyra” deel 1 en 2 vormen. Het gaat hier om een aparte serie over „de avonturen die Arwyn vóór ”De adelaar en de koning” beleefde.”
De auteur gaat hiermee niet alleen qua thematiek, maar ook qua schrijfproces in de voetsporen van voorbeeld C. S. Lewis. Die publiceerde ”Het neefje van de tovenaar” ook jaren na ”Het betoverde land achter de kleerkast”, terwijl de gebeurtenissen daarin, chronologisch gezien, vóór de avonturen van Peter, Susan, Edmund en Lucy in Narnia plaatsvinden.
Hoe het ook zij, Arwyn is terug. Goed nieuws voor de Wilschutlezers die hem in ”Amyra” gemist hebben. De zwervende, jonge krijger komt in de jongste uitgave dichterbij dan ooit. Lezers kunnen hem nu zelfs letterlijk aan den lijve ervaren: KokBoekencentrum brengt het boek namelijk uit met een velletje „gratis tattoos.” Schrik niet: de plakplaatjes verbleken na verloop van tijd vanzelf. Áls je ze al aanbrengt, want niet iedereen zal willen rondlopen met het teken van de banneling of een zwart everzwijn op het lijf.
Arena
Dit eerste deel van de Arwynserie gaat in op de vraag wat er is gebeurd tussen het moment dat de hoofdpersoon door zijn stam werd verbannen en het moment dat hij in ”De adelaar en de koning” het land achter de bergen, het land van Legenden, het land Tir bereikt. Na het lezen van de eerste twee zinnen zit je al midden in het verhaal: „Banneling. Banneling. Banneling. Het geschreeuw van de wachtende menigte galmde door de lange hal die naar de arena leidde.”
Na die proloog volgt een verslag van Arwyns reis vanaf zijn verbanning tot het moment dat hij in die arena belandt. Je maakt kennis met nieuwe figuren als Ros, Olrik en Berik en Aysha. Allemaal jonge zwervers zonder stam. Vanwege de omvang van het boek –slechts 157 pagina’s met een bladspiegel van 16 bij 11 centimeter– is er weinig karaktertekening en hebben de personages dus weinig diepgang. ”Arwyn. Het teken van de Banneling” is daarom meer een novelle dan een roman.
Dat wordt nog versterkt door de eenvoudige verhaallijn, die weinig verrassingen bevat. Wat overigens niet betekent dat het een saai boek is. Integendeel. Het verslag van Arwyns avonturen leest lekker weg door het hoge verteltempo en is bij vlagen heel spannend, zonder nachtmerrie veroorzakend te worden.
Dat het boek lekker leest, komt eveneens door de natuurlijke dialogen (zonder vloeken en schuttingtaal). Leuk dat Wilschut ze soms met humor kruidt. Een voorbeeld. „Wat doe je hier?” „Niets.” „Wie ben je?” „Niemand.” „Nou, Niemand, ga maar ergens anders niets doen.”
Bijbelse parallellen
Of een dergelijk werk nou als ”christelijk” moet worden gezien, dat blijft altijd weer een lastige vraag. De legende over Aderyn, Eerste Zoon van de Eerste Vader, die wordt geprezen om zijn licht en warmte, en over zijn broer Gelyn, die het hart vult met haat en afgunst en probeert zijn broer en diens volgelingen te doden, waarop zijn vleugels worden afgepakt en hij op aarde wordt geworpen, bevat natuurlijk veel parallellen met Bijbelse geschiedenissen. En dat Arwyn gebukt gaat onder een zonde tegen de Eerste Wet van Aderyn, waarna hij met een soort Kaïnsteken in zijn lijf over de aarde moet zwerven, lijkt ook sterk op passages in de Bijbel. Maar verder…
Dodelijke aanslag
Waar dit soort Bijbelse motieven en thema’s in ”De adelaar en de koning” diepgaander en explicieter wordt uitgewerkt, blijft het in ”Arwyn. Het teken van de Banneling” allemaal wat meer onder de oppervlakte. Sterker nog: er zijn passages waarbij je zelfs kanttekeningen kunt zetten als je er vanuit christelijk perspectief naar kijkt. Zo wordt een dodelijke wraakaanslag door een van de personages door niemand veroordeeld. De vrienden van de moordenaar, onder wie Arwyn, lijken het zelfs een gerechtvaardigde daad te vinden. En als Arwyn last begint te krijgen van zijn bannelingsbrandmerk –het begint te gloeien en te steken als hij door woede verkeerde keuzes maakt– is de oplossing erg simpel: „Volg elke dag de zon, en op een dag zul je Aderyn ontmoeten.”
Ik weet wel dat je niet alles moet allegoriseren, zeker niet in een jeugdboek dat door de auteur zelf niet als ”christelijk” in de markt wordt gezet –het ligt niet voor niets ook bij Bruna–, maar toch: als dit dé stichtelijke lessen voor jonge lezers –10-plussers– moeten vormen, zijn het in ieder geval niet allemaal reformatorische.
Boekgegevens
”Arwyn. Het teken van de Banneling”, Arjan Wilschut; uitg. KokBoekencentrum; 157 blz.; € 15,99