Binnenland

Verdonk treedt op tegen gemeenten met noodopvang

Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie wil hard gaan optreden tegen gemeenten die na 1 januari 2005 nog steeds noodopvang bieden aan uitgeprocedeerde asielzoekers. Vanaf dan moeten gemeenten de eigen noodopvang beëindigd hebben en kunnen afgewezen asielzoekers terecht in speciale locaties die Verdonk heeft ingesteld.

ANP
16 December 2004 17:49Gewijzigd op 14 November 2020 02:00

In deze onderdak– en terugkeerlocaties kunnen de afgewezen asielzoekers werken aan hun terugkeer. „Als ze écht niet willen meewerken en de straat op gaan, is dat hun eigen keuze en verantwoordelijkheid." Dat zei Verdonk donderdag in de Tweede Kamer tijdens een overleg over asielzoekers.

De PvdA en GroenLinks maakten zich zorgen over rondzwervende afgewezen asielzoekers. Verdonk vindt het „een nobel streven als mensen zich hun lot aantrekken, maar dat wordt anders als daar gemeenten bij betrokken zijn".

De bewindsvrouw benadrukte dat zij na uitvoerig overleg vaste afspraken heeft gemaakt met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) om uitgeprocedeerden zoveel mogelijk tegemoet te komen. „We willen en kunnen ze van de straat houden en we faciliteren zoveel mogelijk hun terugkeer, zeker voor de groep oude asielzoekers die al langer hier zijn." Verdonk zal met haar collega Remkes (Binnenlandse Zaken) overleggen hoe ze gemeenten kunnen aanpakken die zich er niets van aantrekken.

In dat kader gaat de bewindsvrouw ook onderzoeken of en hoe enkele Groningse gemeentebesturen samen met de stichting INLIA betrokken zijn in een stichting waarin besloten overleg zou plaatsvinden over noodopvang. VVD–Kamerlid Visser had de minister erop gewezen dat via deze gemeenten mogelijk publiek geld zou stromen naar noodopvang voor asielzoekers terwijl dat strijdig is met het beleid. „Dit kan zeker niet, ik zoek het uit", zei Verdonk.

Inmiddels blijkt dat van de oude groep van 26.000 asielzoekers die voor april 2001 in Nederland aankwamen, er 7000 zijn afgehandeld. Van hen hebben 2700 een verblijfsvergunning gekregen, zijn 2500 met onbekende bestemming vertrokken (mob), 1300 vertrokken zelfstandig met hulp van het IOM en 450 personen werden door de Koninklijke Marechaussee of onder toezicht Nederland uitgezet. Verdonk laat nog uitzoeken wie de 2500 mob’ers waren en waar zij naar toe gingen.

De Kamer is bezorgd dat deze groep de illegaliteit is ingedoken. Uit twee steekproeven van de politie blijkt volgens Verdonk echter dat van de staande gehouden vreemdelingen slechts 6 tot 8 procent een afgewezen asielzoeker is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer