Van het totale aantal internationale studenten woont bijna een kwart (24 procent) vijf jaar na afronding van de studie nog in Nederland. Nuffic noemt het hoger onderwijs daarmee een „belangrijke aanvoerroute voor kenniswerkers”.

Dat vindt ook een bedrijf als ASML. „Dat internationale studenten na afstuderen in Nederland blijven, is voor de technieksector en de Nederlandse economie in het algemeen erg belangrijk. Sterker nog, voor ons zijn ze van levensbelang”, zegt manager Arianne Bijma van de chipmachinefabrikant uit Veldhoven in een verklaring.

Volgens de rapportage van Nuffic zijn tussen de collegejaren 2006-2007 en 2015-2016 in totaal 138.640 internationale studenten in het Nederlandse hoger onderwijs afgestudeerd. Van die groep zijn er zo’n 33.500 vijf jaar of langer gebleven. Driekwart van de blijvers heeft een baan en levert op die manier een bijdrage aan de Nederlandse economie en schatkist. Alleen al de groep die dit studiejaar is ingestroomd, zal volgens de onderzoekers uiteindelijk 1,5 miljard euro aan belasting gaan betalen.

Van de blijvers komen er circa 18.000 uit Europa en circa 15.000 van buiten de Europese Economische Ruimte. Daaronder vallen alle EU-landen, IJsland, Noorwegen en Liechtenstein. Relatief bekeken blijven studenten van buiten Europa vaker in Nederland. Uit die groep woont 38 procent nog hier na vijf jaar, van de Europese studenten is dat slechts 19 procent.

Ook buitenlandse studenten van economische studierichtingen blijven relatief vaak. Amsterdam en omstreken is de populairste regio om te wonen onder de voormalige internationale studenten. Daarna volgen de regio’s rond Den Haag, Rotterdam, Utrecht en Eindhoven.

De komst van internationale studenten heeft echter niet alleen maar gunstige effecten. Universiteiten vinden dat hun aantal bij sommige studies zo fors is gestegen, dat de kwaliteit onder druk komt te staan. Ze pleitten daarom eerder dit jaar voor extra bevoegdheden om het aantal buitenlandse studenten binnen de perken te houden.

Directeur-bestuurder van Nuffic Titia Bredée vindt internationale studenten „een aanwinst voor ons land”. Niet alleen vanwege hun economische bijdrage. „Nog belangrijker misschien is hun bijdrage aan de kwaliteit van het onderwijs”, stelt Bredée. In een internationale groep kunnen studenten „hun internationale vaardigheden ontwikkelen”.