Bij het bombardement zelf kwamen 705 burgers en 6 militairen om het leven. De rest in de dagen voor de luchtaanval. Onder de doden bevinden zich 125 Duitse militairen.

Het onderzoek leverde volgens het archief naast nieuwe namen ook veel aanvullende informatie op, maar nog steeds ontbreken de namen van mogelijk meer dan 160 doden. Dat komt doordat 126 mensen destijds niet meer te identificeren waren en als onbekenden zijn begraven. Ook is van ruim veertig mensen hun identiteit na het onderzoek wel vermoed, maar nog niet bewezen. Het Stadsarchief riep vorig jaar mei de hulp in van nabestaanden om de lijst compleet te maken. Er kwamen in totaal 275 reacties binnen.

Volgens stadsarchivaris Jantje Steenhuis heeft het onderzoek ontzettend veel informatie opgeleverd. „Door de persoonlijke verhalen van nabestaanden en grondig onderzoek door Stichting Voorouder weten we beter wie de slachtoffers zijn en waar ze waren tijdens het bombardement. We hebben gemerkt dat vooral de derde generatie op zoek is naar dit ontbrekende stuk in hun persoonlijke geschiedenis. Dat is belangrijk, zeker in het licht van de huidige situatie in Oost-Europa.”

Het bombardement in de middag van 14 mei 1940 duurde nog geen kwartier en legde nagenoeg het hele centrum van de stad in puin. De daaropvolgende brand hield dagenlang aan. Toen de Duitsers dreigden ook Utrecht te bestoken, capituleerde Nederland.

Op 14 mei worden de slachtoffers van het bombardement herdacht. In de Rotterdamse Laurenskerk worden alle namen van de slachtoffers opgelezen.