Rutte over raketaanval op station Oekraïne: ik ben er kapot van
„Het is verschrikkelijk. Ik ben er kapot van.” Dat zei minister-president Mark Rutte vrijdag na de ministerraad over de Russische raketaanval op het treinstation van Kramatorsk in het oosten van Oekraïne. Daardoor kwamen zeker 39 mensen om het leven en raakten er 87 gewond.
Rutte sprak van een „afschuwelijke” aanval op het station. Hij wees erop dat een dag eerder nog beelden naar buiten waren gekomen dat zich op het station duizenden mensen hadden verzameld om de stad te ontvluchten. De aanval laat zien „tot welke cynische daden de Russen bereid zijn te gaan”.
De Russische troepen lijken zich volgens de premier terug te trekken rond de hoofdstad Kiev. De Russische regering heeft eerder gezegd dat ze zich gaan concentreren op het oosten van Oekraïne. Veel mensen proberen nu dat gebied te verlaten voordat de Russische aanval begint.
Nederland steunt de zoektocht van het Internationaal Strafhof naar oorlogsmisdaden in Oekraïne. Deze aanval motiveert om door te gaan met waarheidsvinding, zei Rutte. „We zullen niet rusten totdat mensen die hier verantwoordelijk voor zijn ook voor het gerecht kunnen worden gebracht.”
Of er oorlogsmisdaden in Oekraïne worden gepleegd moet in formeel juridische zin nog worden vastgesteld, zei Rutte. „Maar in praktische zin zeg ik: hoe moet ik dit nog anders zien dan oorlogsmisdaden.” Hij „begrijpt heel goed” dat vanuit de Tweede Kamer de vraag is gesteld of er geen arrestatiebevel moet komen tegen de Russische president Vladimir Poetin. „Maar dat is ook weer aan het Internationaal Strafhof”, aldus Rutte.