Woordenboek ode aan Sprang-Capels dialect
Het Sprang-Capelse dialect is een onlinewoordenboek rijker. Je kunt er niet alleen dialectwoorden in lezen, maar ze ook horen. Vijftien ”platpraoters” spraken de woorden en zinnen in.
De website over het dialect van het Brabantse Sprang-Capelle wordt dinsdag gelanceerd. Klaas de Groot, biologieleraar aan de Gomarus scholengemeenschap in Gorinchem, is de drijvende kracht achter het project.
Hebben alle woorden in het woordenboek al audio?
„Nee. We zijn druk bezig het woordenboek nog verder uit te breiden, ook met filmpjes, waarin het gesprokene wordt ondertiteld in zowel dialect als Standaardnederlands. Als mensen begrijpen wat er wordt gezegd, houd je hun aandacht beter vast.”
Altijd al iets met dialect gehad?
„Jazeker. Mijn vader kwam uit Spijk en mijn moeder was een echte Capelse. Aan tafel maakten ze grapjes over dialect. Als het hard waaide, was dat volgens mijn vader de ”weind”, volgens mijn moeder de ”wend” en later op school leerde ik dat het de wind was. Het was vanzelfsprekend om meertalig op te groeien. Ik vind het jammer als ouders hun kinderen bewust geen dialect laten spreken. Het is juist goed voor je hersenen om met meerdere talen tegelijk op te groeien.”
Hoe kwam de website tot stand?
„Die is gebouwd door een groepje enthousiaste leerlingen van het vak ICT op mijn school. De site moet inhoudelijk nog worden uitgebouwd. Dus als er mensen uit Sprang-Capelle zijn die daar hun steentje aan willen bijdragen, nodig ik ze van harte uit om contact op te nemen.”
Hoe houden we de streektaal levend?
„Ik geef er één keer per jaar gastles over op een basisschool. We maken dan filmpjes van gesprekjes die de kinderen hebben geoefend in dialect. „O ja, zo zegt mijn opa het ook”, hoor je dan. Op de Gomarus vraag ik de leerlingen om af en toe bij een repetitie een antwoord op te schrijven in dialect. Daar krijgen ze dan een tiende punt extra voor. Ik geniet ervan om bezig te zijn met het woordenboek. Je hoort zoveel mooie verhalen van vroeger. ”Ès ik oe raoie mag: doe ok zoiets in oew èège durp. Dar krèè-de gin spèèt van”. Het is waardevol om het gesproken dialect hoorbaar te bewaren. Het is cultureel erfgoed en daar moet je zuinig op zijn.”
In de schijnwerpers: rubriek met opmerkelijk regionaal nieuws