Predikant uit voorstad Kiev vindt onderdak in Notter en steunt gevluchte Oekraïeners
Ds. Dmitriy Ksenzov (46) doceerde ruim een maand geleden nog aan een theologisch seminarium in Kiev en preekte op zondag in een evangelische gemeente. Nu verblijft hij met zijn gezin in het Overijsselse Notter en probeert hij medevluchtelingen uit Oekraïne tot steun te zijn.
Diverse explosies in de buurt vormen voor ds. Ksenzov de eerste tekenen van de Russische invasie in Oekraïne, nu ruim een maand geleden. Hij woont met zijn vrouw Natalia en hun kinderen Mark (17) en Anna (12) in Vyshneve, een voorstad van Kiev, niet ver van een militaire basis.
Als hij die ochtend eind februari naar een apotheek in de Oekraïense hoofdstad rijdt om medicijnen te halen, stuit hij op onbegaanbare wegen. Her en der ligt puin als gevolg van Russische aanvallen. Intussen belt zijn dochter om te zeggen dat er veel explosies in de buurt van hun huis zijn. „Ze was bang.”
Rugzak
Vanaf dat moment gaan de ontwikkelingen snel. „De hoofdstad is een doelwit van bommen. Ik voelde de verantwoordelijkheid om mijn gezin in veiligheid te brengen”, zegt ds. Ksenzov. Hij is academisch decaan van het theologische seminarium Genade en Waarheid in Kiev en voorganger van evangelische gemeente ”Light up” in Vyshneve, die vijf jaar geleden werd gesticht. „Het is een kleine gemeente –ongeveer vijftig gedoopte leden– die vooral bestaat uit jonge mensen, onder wie studenten aan het seminarium.”
Drie dagen na de Russische inval hebben vrijwel alle gemeenteleden de stad verlaten. „Er zijn vier leden – jonge mensen zonder kinderen– achtergebleven. Zij zijn betrokken bij het uitdelen van voedsel en het evacueren van mensen naar West-Oekraïne, waar het minder onveilig is.”
Met een enkele rugzak stapt het predikantsgezin in de auto en rijdt richting de Poolse grens. Eenmaal in Polen benadert ds. Ksenzov een bevriende zendeling in dat land. „Hij heeft contact met veel mensen in Europa, onder meer in Nederland. Na enkele telefoontjes vertelde hij dat er in Nederland een plek voor ons was, dankzij hulp van Ewart Bosma uit Rijssen.”
Precies 25 dagen na aankomst in Nederland voelt het voor ds. Ksenzov nog onwennig. Hij verblijft met zijn gezin in een deel van een vrijstaande woning in het Overijsselse Notter, gemeente Wierden. Ze beschikken er over een woongedeelte met keuken en sanitair. Vanuit de kamer kijken ze uit over weilanden. Inmiddels is ook een schoonzus van de predikant met haar dochter bij hen ingetrokken.
Geestelijke honger
Ds. Ksenzov vertelt dat hij oorspronkelijk uit Belarus, Wit-Rusland, komt. Tijdens zijn theologische studie in Kiev ontmoet hij zijn vrouw, een Oekraïense. Inmiddels woont hij zo’n vijftien jaar in Oekraïne. Hij is academisch decaan aan het seminarium waar hij als hoogleraar hermeneutiek en Oude Testament doceert. Zijn vrouw is er docent christelijke ethiek.
De predikant en hoogleraar zegt dat er de afgelopen jaren in Kiev een opwekking gaande was. „Ik merkte een geestelijke honger bij mensen. Er was een bloeiend geestelijk leven. Ook was de kerk actief in de samenleving, onder wezen en daklozen en in gevangenissen.”
Hij noemt het onvoorstelbaar hoe de recente oorlog het leven in Oekraïne van het ene op het andere moment op z’n kop heeft gezet. Als hij nog maar kort in Nederland is, voelt hij de behoefte om terug te keren naar Kiev „om bij de lijdende mensen daar te zijn.” Hij beseft echter dat dit niet goed mogelijk is, mede door zijn Wit-Russische achtergrond. „Mensen uit Belarus worden als vijanden gezien.”
Inmiddels richt hij zijn blik op mogelijkheden in Nederland. Tal van zaken vragen zijn aandacht, zoals onderwijs voor zijn kinderen. Het ziet ernaar uit dat ze binnenkort les kunnen krijgen op een internationale school in Almelo. Vooruitkijken is moeilijk, zegt de predikant. „We weten niet hoe lang de oorlog zal duren. Plannen maken is heel lastig.”
Hij wil intussen van betekenis zijn voor Oekraïense vluchtelingen in Nederland. „Er komen dagelijks mensen aan, die allemaal hun problemen hebben. Onder hen zijn veel vrouwen van wie de man nog in Oekraïne is. Ze zijn hier veilig, maar hebben het zwaar. Deze vrouwen hebben hulp nodig, niet alleen bij geestelijke, maar ook bij praktische vragen en problemen. Ik heb de hele dag door contact met mensen via onder meer WhatsApp.”
De predikant bemoedigt hen onder meer vanuit het Bijbelboek Jakobus, een brief aan „mensen in de verstrooiing, net zoals de Oekraïners op dit moment.”
Kerkdiensten
De voorganger zegt dankbaar te zijn voor de hulp en betrokkenheid van Nederlandse kerken en christenen. „Jullie zijn als de barmhartige Samaritaan”, zegt de predikant, die vorige week in de Schildkerk in Rijssen meewerkte aan een bidstond voor Oekraïne, georganiseerd door de plaatselijke hervormde gemeente.
De afgelopen zondagen bezocht hij de diensten van de gereformeerde gemeente in de Noorderkerk in Rijssen, waar Ewart Bosma voor hem vertaalde. „Nogal wat protestantse vluchtelingen uit Oekraïne gaan met Nederlanders mee naar een kerk, maar vinden dat vanwege de taal en cultuur moeilijk. Ik hoop binnenkort op een locatie in Rijssen diensten voor hen te gaan beleggen. Misschien kunnen we ook een Bijbelstudiegroep starten.”
Zijn gedachten zijn ook bij de mensen die zich nog in Kiev bevinden. Hij wil proberen materiële en financiële steun te verkrijgen om de hulpverlening vanuit Nederland te ondersteunen. „Er zijn veel hulpgoederen nodig, zoals hygiëneproducten en medicijnen, maar bijvoorbeeld ook geld voor brandstof. Ik denk erover na wat ik kan doen en bid om mogelijkheden.”