Inspectie: werkdruk organisaties justitie onverminderd hoog
De werkdruk bij justitiële uitvoeringsorganisaties was in 2021, net als in voorgaande jaren, onverminderd groot. Dat concludeert de Inspectie Justitie en Veiligheid in een overzicht van vorig jaar. Te weinig middelen, personeelstekort en gebrekkige aansturing en samenwerking leidden tot problemen bij verschillende justitiële organisaties.
Personeelsgebrek zorgde voor een veiligheidsrisico voor medewerkers en jongeren in de Justitiële Jeugd Inrichtingen (JJI’s). Er is wel extra budget beschikbaar gesteld voor meer personeel, maar door de krappe arbeidsmarkt is het moeilijk om aan personeel te komen. Ook de politie, de jeugdbescherming, en migratieorganisaties komen handen tekort, aldus de inspectie.
Verder uit de inspectie zorgen over de speciale taskforce die werd opgetuigd om de achterstanden weg te werken bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Bij het wegwerken van achterstallige asielaanvragen stond snelheid voorop, niet zorgvuldigheid. Daardoor zijn er mogelijk asielaanvragen onterecht ingewilligd of afgewezen. De verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij de IND zelf, maar ook bij het beleid en de politiek, aldus de inspectie. Die dringt dan ook aan bij de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid om hier „werk van te maken”.
Ook kan de samenwerking tussen de organisaties beter. Daarbij noemt de inspectie als voorbeeld een rapport van vorig jaar over de tramaanslag in Utrecht. Dat concludeerde dat politie, het Openbaar Ministerie (OM) en de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) vóór de aanslag de problematiek van de aanslagpleger niet goed met elkaar hadden besproken en aangepakt. Door die gebrekkige samenwerking zijn de risico’s voor de samenleving niet zo klein mogelijk gemaakt.
Inspecteur-generaal Henk Korvinus van de inspectie vindt dat de politiek zich ook wat mag aantrekken van deze problemen. „Zij zijn immers opdrachtgevers van deze organisaties en kunnen veranderingen bewerkstelligen, door extra middelen te verstrekken of niet telkens nieuwe opdrachten te geven.”