Dat zei dr. M. Barnard, kerkelijk hoogleraar liturgiek namens de Protestantse Kerk in Nederland aan de Universiteit Utrecht, vrijdag.

Vooral de uitvaartdienst van koningin Juliana, die duidelijk maakte dat de oud-vorstin zich met haar spirituele interesses buiten de protestantse paden begaf, liet zien dat liturgie niet volgens het boekje hoeft te gaan, stelt de hoogleraar. Van zulke diensten, die rechtstreeks op televisie worden uitgezonden, gaat volgens Barnard niet ten onrechte de suggestie uit dat mensen kerkelijke rituelen tot op zekere hoogte zelf kunnen vormgeven.

In die zin heeft het Koninklijk Huis een voorbeeldfunctie, zei de theoloog. Koninklijke uitvaart- en huwelijksdiensten bieden volgens hem „liturgie op het scherp van de snede” doordat ze heel concreet ingaan op het leven van de overledene of het bruidspaar. „Het Koninklijk Huis is wat dat betreft voorbeeldig doordat het laat zien hoe kerkdiensten op het snijpunt van het menselijk leven en het Evangelie kunnen plaatsvinden.”

Televisiekerkdiensten hebben volgens Barnard grote invloed op het beeld dat en de verwachtingen die het grote publiek van de kerk heeft. Zo is sinds de uitvaartdienst van prinses Diana, waar popzanger Elton John het lied ”Candle in the wind” ten gehore bracht, het voor veel predikanten en priesters moeilijk om popmuziek bij een uitvaart te weigeren.

Het gevaar van de perfect geregisseerde kerkdiensten van het Koninklijk Huis is wel dat mensen daardoor te hoge verwachtingen krijgen van wat de kerk te bieden heeft, aldus Barnard. In de gemiddelde dorpskerk zijn de locatie, de muziek, de koorzang en de preek volgens hem meestal minder perfect dan tijdens zulke televisiekerkdiensten.