Economie

Brandwerende jas voor tunnel Groene Hart

De ruim 7 kilometer lange boortunnel in de hogesnelheidslijn-zuid onder het Groene Hart is in de afwerkfase. Twee spuitrobots kruipen sinds eind oktober met 100 meter per dag achter elkaar door een tunnelhelft. Maart 2005 is een brandwerende laag van 35 millimeter dik een feit. „Veiligheid is één onderwerp, maar wat dacht je van de economische waarde van zo’n tunnel?”

Niek Sterk
11 December 2004 09:43Gewijzigd op 14 November 2020 01:59
HOOGMADE – Twee spuitrobots kruipen door de tunnel onder het Groene Hart. Een brandwerende laag van 35 millimeter moet ervoor zorgen dat de tunnel bij brand niet ernstig beschadigd raakt. De klus van 20 miljoen euro wordt uitgevoerd door de Combinatie B
HOOGMADE – Twee spuitrobots kruipen door de tunnel onder het Groene Hart. Een brandwerende laag van 35 millimeter moet ervoor zorgen dat de tunnel bij brand niet ernstig beschadigd raakt. De klus van 20 miljoen euro wordt uitgevoerd door de Combinatie B

Afschrikwekkende voorbeelden van wat brand met ondergrondse verbindingen kan doen, liggen voor het oprapen. Een brand in de Kanaaltunnel zorgde eind 1996 voor grote schade. „Een geluk bij een ongeluk was dat de brand plaatshad in een gedeelte dat door een mergellaag loopt. Dat was de redding van de tunnel. Anders was die wellicht totaal onbruikbaar geworden”, zegt ing. Hein Versteegen.

Versteegen is projectdirecteur van BAM Infra Betontechnieken, een van de twee partners in de Combinatie Brandwerende Bekledingen Nederland (CBBN). De andere deelnemer is Vogel uit Zwijndrecht. CBBN tekende op 23 september 2004 het contract met de directie HSL-Zuid van Rijkswaterstaat voor de brandwerende bekleding van de Groene-Harttunnel en was een maand later aan het werk. Twee zelfontwikkelde spuitrobots van 1,5 miljoen euro elk koersen door de treintunnel, op de hielen gezeten door een mortelmengwagen.

Het kunstje is één keer eerder vertoond: bij de verkeerstunnel onder de Westerschelde, die sinds maart 2003 open is. Ging het daar om twee verhoudingsgewijs kleinere boortunnels -uitwendige doorsnede ruim 11 meter, lengte 6,6 kilometer-, tussen Hoogmade en Hazerswoude-Zuid had de boor een doorsnede van 15 meter. Daarmee is deze zevende in Nederland geboorde tunnel de grootste. Een tussenwand verdeelt de brede buis in tweeën. Treinen passeren elkaar straks 30 meter onder het maaiveld met een snelheid tot 300 kilometer per uur.

Onder de Westerschelde werd in totaal 240.000 vierkante meter wand bekleed, in Zuid-Holland gaat het om 190.000 vierkante meter spuitwerk. „Eerst plakken we alle gaten af waarmee de tunnelelementen op hun plaats werden gebracht. Vervolgens poetsen stoomreinigers met 180 bar en water van 80 graden de bekistingsolie van het beton, om optimale hechting te waarborgen. Dan brengen ploegen per tunnelhelft een roestvrijstalen netwerk aan in de halve ronding. Die gaaswapening hangt aan 1,7 miljoen ankers en voorkomt dat er ooit delen van de laag loslaten.”

De lasergestuurde spuitrobot scant vervolgens de tunnelwand, neemt de juiste positie in en spuit per vak van 2 meter breed de brandwerende mortel tegen het beton. „Tussen Westerschelde en Groene Hart werd de spuitmachine verder ontwikkeld. In Zeeland waren we zeven maanden bezig en stond de machine tussentijds alles bij elkaar wekenlang stil vanwege schade. Nu draaien we twee maanden onder het Groene Hart zonder noemenswaardig oponthoud.”

Lastig bij het werken in een helft van de spoortunnel is de geringe breedte. „Je kunt elkaar niet passeren zonder de processen te verstoren. De robot blokkeert bijna de hele doorgang. De voertuigen die de 240 dagelijks benodigde big bags met droge mortel aanvoeren, mogen bijvoorbeeld niet breder zijn dan anderhalve meter. Voor het aanbrengen van de wapening zijn dertig kleine hoogwerkertjes tegelijk aan het werk. Een enorme stroom van kleine wagentjes rijdt de hele dag op en neer.”

De brandwerende bekleding heet Fendolite, een Brits product dat veel in de offshore en chemie wordt toegepast. Het basismateriaal vermiculiet komt vrij bij koperwinning en heeft goede hitte-absorberende eigenschappen. Ontstaat er onverhoopt brand, dan geeft de spuitlaag de hitte met grote vertraging en goed gedoseerd door aan de tunnelelementen. Zou de laag ontbreken, dan wordt het altijd aanwezige vocht in het beton in korte tijd stoom. Het beton explodeert vervolgens. De tunnel zou dan zwaar beschadigd raken of instorten. „De eis die voor de brandwerende laag geldt, is dat die een brand van 1100 graden gedurende twee uur aankan.” Als het goed is, is het vuur binnen die tijd geblust.

De aanneemsom van de klus is 20 miljoen euro, peanuts vergeleken met de ruim 400 miljoen die de bouw van de tunnel kost. „Afgezien van de veiligheid voor mens en trein praten we natuurlijk ook over de economische waarde van zo’n bouwwerk. Neem de branden in de Gotthard- en de Mont-Blanctunnel in Zwitserland. Hoelang zaten die niet dicht voor herstel? Zouden die twee niet door rotsformaties hebben gelopen, dan waren ze totaal verloren geweest.”

CBBN is volop bezig met de verkoop van z’n geavanceerde spuittechniek, in binnen- en buitenland. „We doen straks de Hubertustunnel bij Scheveningen, die BAM Civiel werd gegund. Japan heeft volop interesse, net als de Britten. Wereldwijd is deze techniek nieuw. Groot voordeel van de methode is de constante kwaliteit van het product en de betrouwbaarheid tijdens de levensduur van zulke tunnels. Je bouwt ze tenslotte voor meer dan een eeuw.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer