Lokale politiek moet haar relevantie tonen
Verkiezingen gaan over wie wint en wie verliest. Heel simpel. Kijk naar de overzichtjes in het NOS-programma Nederland Kiest. Rood is de kleur van verlies en van pijn: pijltje omlaag. Groen is de kleur van winst en vreugde: pijltje omhoog.
Toch gaat het bij elke verkiezing ook om andere waarden. Om belangen die de scores van individuele partijen en politici royaal overstijgen, zoals het opkomstcijfer. Als dat laag of dalend is, toont dit dat de democratie onder het volk matig tot slecht leeft en ondergraaft dat, tot op zekere hoogte, de legitimiteit van het gekozen instituut.
Geen wonder dat minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken) woensdag een onderzoek aankondigde naar het lage opkomstcijfer bij de nu gehouden gemeenteraadsverkiezingen. Want het valt beslist zorgelijk te noemen dat deze week slechts 51 procent van de kiezers –de laagste opkomst ooit bij gemeenteraadsverkiezingen– de moeite nam om even naar het stembureau te wandelen en een ingevuld biljet door de gleuf van de bus te laten zakken.
Natuurlijk valt er ook zonder zo’n officieel onderzoek al iets over deze historisch lage opkomst te zeggen. Factoren die meespeelden: onbekendheid met wat de lokale politiek nu precies doet en welke bevoegdheden zij heeft, wantrouwen jegens de overheid en jegens volksvertegenwoordigers, niet geloven dat het gemeentelijke bestuur werkelijk iets aan jouw situatie kan verbeteren, en bezet zijn met andere zorgen, zoals die over de oorlog in Oekraïne.
Bij dat alles zou je kunnen redeneren: nou ja, pech gehad. Elke kiezer heeft zijn kans gehad. Zo werkt nu eenmaal ons democratische systeem. Je kúnt invloed uitoefenen op ons bestuur, maar je bent het niet verplicht. Moet je zelf weten.
Toch is dat te gemakkelijk gedacht. Want als maar weinig mensen hun stem uitbrengen, doet dat iets met de legitimiteit van het gekozen orgaan. Zeker als meer dan de helft van de stemgerechtigden uit onvrede, onmacht of onverschilligheid thuis blijft, zoals deze week bijvoorbeeld in Rotterdam, Almere en Tilburg gebeurde, rijst de vraag wie degenen die gekozen zijn nu eigenlijk vertegenwoordigen.
Daar komt bij dat we uit onderzoek weten dat vooral jongeren, lager geschoolden en lager betaalden de neiging hebben thuis te blijven. Daardoor vormen gemeenteraden een matige tot slechte afspiegeling van de lokale bevolking en daalt het vertrouwen in die raden nog verder.
De oplossing van dit probleem is niet eenvoudig. Dit lijkt vast te staan: partijen moeten er plaatselijk meer werk van maken hun eigen betekenis en de relevantie van het lokale bestuur in zijn geheel bij kiezers tussen de oren te krijgen. Nee, niet in de eerste plaats om zelf meer zetels in de wacht te slepen. Maar vooral om te voorkomen dat de plaatselijke democratie in een neerwaartse spiraal belandt: steeds minder burgers die zich betrokken voelen bij het lokale bestuur, terwijl ze op datzelfde bestuur wel zeer kritisch zijn. Dat schaadt de stabiliteit van en cohesie in onze samenleving.