Mens & samenleving

Column Mariska: Wachten

Tien vóór tien dus. Ik leg de hoorn weer neer en ben blij dat ik het nu zeker weet. In mijn agenda stond tien óver tien bij de afspraak met de huisarts, maar ik wist bijna zeker dat de assistente tien vóór had gezegd. En dat klopt dus. Dat betekent wel: opschieten. Want met reistijd erbij hebben we nog een kwartier.

mariska@rd.nl
14 March 2022 18:11Leestijd 3 minuten
beeld iStock
beeld iStock

De wachtkamer zit vol, driekwart 70+ schat ik zo in. De helft met, de andere helft zonder mondkapje op. Er is gelukkig nog een bankje vrij, dicht bij de kinderhoek met blokken. Leuk voor jou, knik ik mijn zoon toe. Die kijkt quasiboos terug. Als je bijna 12 bent, speel je blijkbaar niet meer met blokken. Even later plundert hij wel een stapel Donald Ducks.

”Graag maximaal 5 minuten voor uw afspraak in de wachtkamer plaatsnemen”, lees ik op een bord. Die strip zal dus wel niet uit komen. Tien vóór tien. Tien uur. Tien óver tien. De tijd tikt door en er gebeurt weinig. Een dame met een rollator mag naar binnen. En een man die net nog uitgebreid met het thuisfront gebeld heeft, waardoor ik weet dat hij iets aan zijn arm mankeert, gaat met een fysiotherapeut mee. Wij zitten en wachten. En wachten.

Een mens wacht gemiddeld elf dagen in een jaar, las ik ergens. Dan zou het dus wel handig zijn om er iets beter in te worden, bedenk ik nu. Ik voel me onrustig worden terwijl de minuten wegtikken en ik moet denken aan al die dingen die ik óók had kunnen doen.

Ik kijk eens om me heen en concludeer dat veel van de mensen die hier zitten het ”wachten” wellicht gewend zijn: zodra je in de medische molen terechtkomt, heb je je over te geven aan de agenda’s van artsen, verpleegkundigen en fysiotherapeuten. Logisch natuurlijk, maar niet altijd even leuk. Zeker niet als je het gevoel hebt haast te hebben.

Mijn oog valt op de krant op de leestafel. Op de voorpagina een grote foto van rijen mensen voor de Oekraïens -Poolse grens. Mensen die huis en haard moesten achterlaten en nu hopen op een veilig heenkomen. Het blijkt dat ze daar al uren staan te wachten tot ze erdoor kunnen. Op weg naar een onzekere maar veilige toekomst.

Daar is opeens de arts. Mijn zoon legt zijn Donald Duck gauw weer terug op zijn plek. „Sorry, het liep wat uit”, zegt de dokter als hij ons voorgaat naar de spreekkamer. „Geeft niet”, reageer ik. En het rare is: ik meen het nog ook.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer