Moszkowicz wraakte de rechtbank, omdat die „de schijn van partijdigheid” op zich heeft geladen. Als de wrakingskamer het verzoek van Moszkowicz honoreert, betekent dit dat andere rechters de zaak helemaal opnieuw moeten behandelen. Volgende week donderdag valt de beslissing of de drie rechters, onder voorzitterschap van mr. G. Stoové, hun biezen moeten pakken. Dat besloot de in allerijl opgeroepen wrakingskamer aan het eind van een tumultueus verlopen dag.

Aanleiding voor het wrakingsverzoek is een vermeende vormfout van het openbaar ministerie. Het draait allemaal om het requisitoir dat officier van justitie mr. H. Stam donderdagmiddag uitsprak. Dat betoog, waarin de officier zegt wat hij van een zaak vindt, wordt normaal gesproken afgesloten met een strafeis. Stam liet die strafeis echter achterwege, maar vroeg de rechtbank om André de V. aan een psychiatrisch onderzoek te laten onderwerpen in het Pieter Baan Centrum.

Moszkowicz was er gistermorgen als de kippen bij om de rechtbank er op te wijzen dat in zijn ogen het OM de regels van de kunst heeft overtreden. De raadsman vroeg in zijn pleidooi de rechtbank niet-ontvankelijk te verklaren. „Het OM heeft zijn recht op vervolging verspeeld. Recht is recht. Krom is krom.”

Na een urenlang beraad zei officier van justitie H. Stam zich van geen kwaad bewust te zijn. Het requisitoir moet worden opgevat als een zogeheten verzoek tot aanhouding. Een strafeis volgt later, als er meer duidelijk is over de geestesvermogens van De V., aldus de officier.

De rechtbank stelde het openbaar ministerie in het gelijk. Ze wees het verzoek tot niet-ontvankelijkheid af en besliste dat De V. moet worden opgenomen in het PBC. Volgens de rechtbank moet het requisitoir van de officier worden gezien als een verzoek tot aanhouding (uitstel).

Raadsman Moszkowicz betwistte dat ten stelligste. Volgens de advocaat kan een requisitoir niet tegelijk een verzoek om aanhouding zijn. Door het OM in het gelijk te stellen maakt de rechtbank zich schuldig aan een „onwettige lijmpoging”, aldus Moszkowicz. Daarom heeft hij de rechtbank gewraakt.

In de rechtszaak tegen de directie van SE Fireworks is het openbaar ministerie in beroep gegaan. Het OM heeft bezwaar tegen het oordeel van de rechtbank dat er geen oorzakelijk verband is tussen de bedrijfsvoering bij SE Fireworks en de uitbreiding van de brand en het ontstaan van de ontploffingen.

Ook op het punt van de zwaarte van het vuurwerk dat bij SE Fireworks lag opgeslagen verschilt het OM van mening met de rechtbank. Volgens de rechtbank kon de directie van het vuurwerkbedrijf niet precies weten dat er te zwaar vuurwerk lag opgeslagen. In Nederland bestaat daar geen deskundigheid over. Het OM bestrijdt dat.

Deze week werden de directeuren Bakker en Pater elk veroordeeld tot zes maanden cel, waarvan drie maanden voorwaardelijk. Het OM had eerder aanmerkelijk hogere straffen geëist. Tegen Bakker eiste het OM dertig maanden, waarvan tien voorwaardelijk, en tegen Pater vijftien maanden, waarvan vijf voorwaardelijk.