Voor Hem geen plaats
Micha 5:1a
„En gij Bethlehem Efratha, zijt gij klein om te wezen.”
Was in Bethlehem geen oud paleis of gebouw door David nagelaten, dat de plaats geweest zou kunnen zijn van Zijn geboorte als Koning van de Joden? Nee, niet één; in plaats daarvan zou Hij geboren worden in een gewone herberg, onder alle soort van gespuis. Maar was er geen grote kamer in deze herberg, waarin velen Hem konden verzorgen en Zijn geboorte konden vieren? Nee, er was voor Hem geen plaats in de herberg, hoewel er plaats genoeg was voor de wereldse gasten. Hij werd ter wereld gebracht in een stal, omgeven door de dieren van het veld. Hij had geen bed, maar werd in een kribbe neergelegd.
Belijders, sommigen van u kunnen zien hoe u dwaalt, hoe u zich bedriegt in uw denkbeelden over Christus. Hij is niet te vinden in de beschaafde vergaderingen of onder de uitbundige genoegens en praalvertoningen van deze wereld. Daarom, voor zover u zich verenigt met de genoegens en de rijkdom of de gemeenschap van deze wereld of die zoekt, ziet u Jezus Christus niet en verliest u Hem uit het oog en mist u Zijn aangenaam gezelschap en verkoopt Hem in zover voor deze zaken. Hij wist voorzeker waar het het beste voor Hem was om geboren te worden. Hij werd in deze nederige staat geboren. Dit is tot troost van de armen.
Joseph Hart, predikant te Londen
(”Preek over Mattheüs 2:2a, Waar is de geboren Koning van de Joden?”; 1767)