„Maak langetermijnplan voor scholen in coronatijd”
De scholen mogen weer open. Het onderwijsveld wil ze niet meer sluiten en pleit daarom voor een langetermijnplan. „Jojobeleid is niet gunstig voor het onderwijs.”
Nu de scholen vanaf 10 januari open gaan, is het tijd voor langetermijnbeleid om ervoor te zorgen dat de onderwijsinstellingen open kunnen blijven, zegt Claudia Verhoeven, woordvoerder van de PO-raad, koepelorganisatie van het basisonderwijs. Ze is blij met het nieuws. „Vooral omdat het belangrijk is voor kinderen om in groepsverband te leren. Een schoolsluiting vraagt veel van basisschoolleerlingen, zeker als het kabinet daartoe op het laatste moment besluit. Samen met het kabinet willen we graag nadenken over hoe we schoolsluitingen in de toekomst kunnen voorkomen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door de kerstvakantie langer te maken en de zomervakantie in te korten.”
De VO-raad, koepelorganisatie van het voortgezet onderwijs, is tevreden met de heropening, zegt woordvoerder Stan Termeer. „Dit besluit is in het belang van leerlingen. Naar school gaan is belangrijk om het oplopen van achterstanden tegen te gaan. Daarnaast is het goed voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van jongeren.”
Scholen zullen aanvullende maatregelen, zoals ventilatie, serieus moeten nemen, benadrukt Termeer. Tegelijk is dat niet altijd eenvoudig. „Besturen die relatief simpel de ventilatie op orde konden brengen, hebben dat wel gedaan. Maar bij sommige scholen, die bijvoorbeeld een oud gebouw hebben, is dat ingewikkelder. Voorlopig zullen zij op een natuurlijke manier moeten ventileren, dus door ramen en deuren open te zetten. Verder is het zaak om met CO2-meters in de gaten te houden of de situatie verantwoord blijft.”
Gemengde gevoelens heeft Willem de Potter bij het kabinetsbesluit. De bestuursvoorzitter van het Van Lodenstein College en het Hoornbeeck College is blij dat het voortgezet onderwijs open mag, maar teleurgesteld dat het mbo dichtblijft. „De grens die het kabinet heeft gesteld tussen voortgezet onderwijs en mbo vind ik kunstmatig. Veel jongeren in de eerste twee leerjaren van het mbo zijn jonger dan de oudste middelbareschoolleerlingen. Aan de andere kant begrijp ik dat de overheid een lastige afweging moet maken.”
Vormen
Voor Gert van Leeuwen, lid van hetzelfde college van bestuur als De Potter, is het kabinetsbesluit wat voortgezet onderwijs betreft „waar ik op hoopte. Goed onderwijs kunnen we het beste op locatie geven. Onderwijs geven is ook vormen en dat gaat lastig vanachter een scherm.”
Het is belangrijk de maatregelen die nu gelden in acht te nemen, vindt Van Leeuwen, om op lange termijn erger te voorkomen.„Leerlingen moeten dat van huis uit meekrijgen, bijvoorbeeld als het gaat over zelftests.”
Tegelijkertijd ligt er op lange termijn een belangrijke rol voor de overheid, zegt Van Leeuwen. „Ik hoop dat de nieuwe regering afstapt van het jojobeleid. Dat is niet gunstig voor het onderwijs. Persoonlijk heb ik goede moed dat een nieuwe schoolsluiting niet nodig is. De nieuwe coronavariant is immers niet ziekmakender. Ik verwacht dat de overheid inmiddels scherp heeft wat de gevolgen van sluiting zijn.”