„Religie is geen duistere kracht”
Godsdienst is volgens het heersende „liberaal fundamentalisme” in de politiek vooral een duistere kracht die het vrije woord beknot, vrouwen hun rechten ontzegt en homoseksuelen discrimineert. Religieuze uitwassen mogen echter niet het zicht ontnemen op het feit dat godsdienst voor de meeste wereldburgers een positieve kracht is die het geweten vormt, het leven zin geeft en aanzet tot solidariteit.
Dat zei dr. J. van Butselaar van het Platform voor internationale vrijheid van godsdienst en overtuiging donderdag tijdens een conferentie van zijn organisatie in Den Haag. Naleving van de godsdienstvrijheid moet een essentiële voorwaarde zijn voor lidmaatschap van de Europese Unie, aldus de slotverklaring van de conferentie. Namens kandidaat-EU-lid Turkije nam minister van Godsdienstzaken Mehmet Aydin aan de bijeenkomst deel.
Het heersende negatieve beeld van religie in de politiek kwam volgens dr. Van Butselaar duidelijk aan het licht in de recente ophef in het Europees Parlement rond de conservatieve opvattingen over vrouwen en homoseksualiteit van de voormalige Italiaanse rooms-katholieke kandidaat-eurocommissaris Buttiglione. Het hebben van afwijkende morele standpunten en van goede banden met de kerkleiding is kennelijk een doodzonde, aldus Van Butselaar.
Als het Europees Parlement in meerderheid werkelijk zo denkt, moet het volgens hem zo snel mogelijk artikel 9 van de Europese Conventie voor de Mensenrechten schrappen. Daarin staat dat iedereen het recht heeft om zijn geloof openlijk te uiten en te beleven. Volgens het liberaal fundamentalisme moeten gelovigen echter „hun mond houden en hun stuitende ideeën voor zich houden”, aldus dr. Van Butselaar. In plaats daarvan moeten de Europese instellingen volgens hem weer „trotse verdedigers van godsdienstvrijheid” worden.
De Turkse minister Aydin verdedigde zich tegen het verwijt dat de godsdienstvrijheid in Turkije onvoldoende gegarandeerd is. Hij erkende dat er nog vooruitgang op dat gebied te boeken is, maar wees erop dat er ook op sommige EU-lidstaten wat de vrijheid van godsdienst betreft het nodige aan te merken is.