Friese dichter Douwe Tamminga overleden
De Friese dichter en schrijver Douwe Tamminga is vrijdagmorgen op 92-jarige leeftijd overleden. Hij is van grote betekenis geweest voor de de Friese literatuur. Ook in de rest van Nederland is zijn werk bekend, een aantal van zijn dichtbundels werd in het Nederlands vertaald.
Tamminga, geboren in 1909, produceerde tijdens zijn leven talloze Friese dichtbundels. Hij debuteerde in 1934 met de bundel De Brandaris, waarin zijn taalbeheersing opviel. Zijn bekendste dichtbundel is wellicht In Memoriam, die in 1968 uitkwam. In de gedichten beschrijft Tamminga het overlijden van zijn enige zoon. Tamminga schreef ook twee historische romans, waaronder een over het 16e-eeuwse Leeuwarden.
Naast poëzie hield Tamminga zich bezig met Friese vertalingen. Hij vertaalde onder andere de sprookjes van Andersen, werk van Edgar Allan Poe en psalmen en liederen voor het liedboek in de Friese taal.
Tussen 1962 en 1974 was Tamminga als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de Fryske Akademy, waar hij meewerkte aan het eerste uitgebreide Friese woordenboek. Inmiddels zijn twaalf van de negentien delen van dit woordenboek verschenen.
Volgens T.J. Steenmeijer van het Frysk Letterkundich Museum en Dokumintaasjesintrum was Tamminga een taalbouwer. „Hij maakte de Friese taal geschikt om ook in verheven kringen te gebruiken. Het Fries was in de jaren dertig nog een beetje een boerentaal en daar bracht hij verandering in.”