Autofabrikant Rivian onderuit op lager Wall Street
De maker van elektrische pick-uptrucks Rivian heeft vrijdag ruim 10 procent aan waarde verloren op de beurs in New York. Beleggers schrokken van tegenvallende productiecijfers dit jaar. De beurzen in New York eindigden ook lager op een erg drukke handelsdag, waarop de markten nieuws over toenemende coronabesmettingen met de omikronvariant verwerkten.
Rivian, dat in november een notering kreeg op Wall Street, leed afgelopen kwartaal een nettoverlies van 1,2 miljard dollar vanwege de hoge kosten om de productie op gang te krijgen. Volgens Rivian verloopt dat proces moeilijker dan gedacht en zullen dit jaar minder auto’s worden gemaakt dan eerder voorspeld. Het bedrijf, dat wordt gezien als een mogelijke uitdager van het veel grotere Tesla, zag de aandelenkoers in de afgelopen weken sterk stijgen en werd meer waard dan traditionele autofabrikanten als Ford Motor en General Motors (GM).
Pakketbezorger FedEx was juist een grote winnaar en steeg 5 procent. De pakketvervoerder boekte afgelopen kwartaal minder winst door hogere personeelskosten. Maar tegelijkertijd kondigde het bedrijf aan voor 5 miljard dollar eigen aandelen in te kopen, waardoor de overgebleven stukken meer waard worden. Ook werd een eerdere winstverwachting per aandeel voor 2022 in ere hersteld.
De belangrijkste graadmeters eindigden lager. De Dow-Jonesindex duikelde 1,5 procent tot 35.365,44 punten en de brede S&P 500 zakte 1 procent tot 4620,64 punten. Techbeurs Nasdaq beperkte het verlies tot 0,1 procent en sloot op 15.169,68 punten. Donderdag verloren veel grote techbedrijven nog fors op de beurs.
Amazon won 0,7 procent. De Indiase toezichthouder heeft de goedkeuring die in 2019 werd gegeven voor de deal van Amazon om te investeren in een onderdeel van Future Group voorlopig opgeschort. Ook krijgt het webwinkelconcern een boete van omgerekend bijna 27 miljoen dollar vanwege het achterhouden van informatie over de deal. Amazon moet binnen 60 dagen opnieuw de details van de transactie indienen om toestemming te krijgen.
De euro was 1,1242 dollar waard, tegen 1,1276 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 2,7 procent minder op 70,45 dollar. Brentolie werd 2,5 procent goedkoper op 73,16 dollar per vat.