Promovenda Lydia van Leersum-Bekebrede: Eredienst is er voor en mét kinderen
Preek niet over de hoofden van kinderen heen, maar neem ze ook niet gekunsteld apart alsof de rest van de dienst niet voor hen is, zo vindt Lydia van Leersum-Bekebrede. „Kinderen maken volwaardig deel uit van het lichaam van Christus.”
Lydia van Leersum-Bekebrede (29) promoveert donderdag op een onderzoek naar vieringen met kinderen in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Ze heeft voor haar dissertatie ”Worship with Children. Agentive Participation in Dutch Protestant Contexts” (uitgave Institute for Ritual and Liturgical Studies) 11 jeugdwerk professionals geïnterviewd en 21 bijeenkomsten bijgewoond met kinderen in 15 gemeentes binnen de PKN. Van Leersum promoveert aan de Protestantse Theologische Universiteit, binnen het onderzoekscentrum voor jeugd, kerk en cultuur (OJKC).
Kinderen participeren overal in godsdienstige bijeenkomsten, zo constateert zij in haar onderzoek. In de zondagse kerkdienst, tijdens een kindernevendienst en op zondagsschool. In speciale diensten zitten kinderen in de banken, ze reageren op Bijbelverhalen, zingen in een koor, verwelkomen mensen en doen soms het gebed.
Kinderen horen gewoon bij de gemeente en mogen daarin een volwaardige rol hebben, zo licht Van Leersum de kern van haar proefschrift toe. „Ze geven blijk van veel creativiteit, die volwassenen alleen maar kan verrassen. We willen hen vaak onderwijzen in een soort eenrichtingsverkeer in plaats van er open voor te staan dat God ook door hen werkt en ons geloof daardoor voedt.”
In veel protestantse kerken worden de kinderen uit de gemeente gehaald als de predikant begint te preken. Goed idee?
„Als kinderen een deel van de dienst in een aparte ruimte zijn, doen mensen dat met het oog op het geloof van de kinderen. Als kinderen in de crèche samen lezen waar het in de preek over gaat en zij dat naspelen, erover napraten of een knutselwerk maken, nou, die kinderen kunnen de volgende keer feilloos nazeggen waar de preek over ging. In veel gemeentes wordt naar hybride vormen gezocht, waar kinderen de ene week wel, de andere week niet naar de kindernevendienst gaan. Het belangrijkste is de overstijgende vraag: ervaren kinderen iets van God? Worden ze gezien en gehoord? Krijgen ze kans om bij God te komen? De vorm waarin dat laatste gebeurt, doet er niet toe. Het kan ook in een gemengd koor of tijdens kindernevendienst gebeuren, of in gesprek met de bejaarde in de kerk die een hart voor kinderen heeft.”
Een kindermoment tijdens de dienst wordt populairder. Werkt dat goed?
„Wat een predikant wil van de kinderen past helaas vaak niet bij de rol die hij daarbij aanneemt. Maar het kan zeker op een goede manier. Ik heb een doopdienst meegemaakt waar de predikant open vragen stelde over water: wat kan je ermee doen, je handen wassen of kopje ondergaan? Dan krijg je mooie associaties van de kinderen. Dat is heel wat anders dan het stellen van een gesloten vraag, waar een dominee eigenlijk op zoek is naar een goed antwoord, alsof hij als examinator een toets aan het afnemen is. Zo’n rol doet geen recht aan wat kinderen te bieden hebben. Stel de kinderen een vraag waarbij je echt geïnteresseerd bent in het antwoord, een vraag zonder goed of fout antwoord.”
Hoe kunnen we afdalen tot het niveau van de kinderen, ze meer betrekken bij de eredienst?
„We hoeven niet tot hen af te dalen, want ze zitten niet op een lager niveau; ze zijn vooral anders. Misschien snappen kinderen meer dan je denkt. En zelfs al snappen ze niet alles, ze worden wel gevormd door de rituelen waar ze aan meedoen. Persoonlijk ben ik vooral geraakt door de rijkdom van Bijbelverhalen. Als je echt het verhaal induikt, vind je heel veel aanknopingspunten voor aansprekend preken waar meerdere generaties wat aan hebben. Zorg daarom dat de hele preek voor de hele gemeente is. Niet elke predikant heeft daar de aanleg voor. Dat hoeft ook niet, het is niet nodig om alles te veranderen. Je kunt al verschil maken binnen de structuren die er zijn, bijvoorbeeld door naar de ideeën van kinderen te vragen en die mee te nemen in de besluitvorming. Een andere manier is door kinderen een actievere rol te geven bij de organisatie en uitvoering van een dienst, bijvoorbeeld een kinderkerstfeest. Je zult mij nooit horen zeggen dat kinderen en volwassenen altijd samen in één kerkzaal moeten zitten, maar wel dat we vieren dat we een genadige God hebben en dat we daarbij vormen zoeken die passen bij alle generaties.”