Drie deputaatschappen van de GG richtten zich donderdag in een advies aan kerkenraden. Het schrijven van de deputaten is een reactie op de persconferentie van 26 november, waarin het kabinet onder meer een ‘avondlockdown’ aankondigde. In veel sectoren moeten de deuren om 17.00 uur sluiten, essentiële winkels moeten na 20.00 dicht.

Vanuit de regering is een dringend beroep gedaan op kerken om erediensten en andere kerkelijke bijeenkomsten ’s avonds –na 17.00 uur– uitsluitend online te houden of naar voren te verplaatsen. Ook het CIO, overlegkoepel tussen kerken en de overheid, sloot zich hierbij aan. Daarbij wees het CIO erop dat het hier een advies betreft en geen verplichting.

Onopgeefbaar

De deputaatschappen wijzen op de „grote waarde” van zondagse erediensten, die „onopgeefbaar” is. Vanwege de coronacrisis zijn veel kerkenraden overgegaan op drie diensten per zondag, bijvoorbeeld om alle gemeenteleden tenminste één keer per zondag in de gelegenheid te stellen naar de kerk te kunnen. Dat is „een goede zaak”, schrijven de deputaten.

Vanwege het „essentiële” karakter van de erediensten, adviseren de deputaatschappen om hierbij de sluitingstijd aan te houden die gehanteerd wordt bij essentiële sectoren, en daarom 20.00 uur als „eindtijdstip” aan te houden. Ook doordeweekse diensten zijn volgens de GG „van grote betekenis, al onderkennen wij het (principiële) verschil tussen de erediensten op de dag des Heeren en die in de week.”

Het advies onderkent dat plaatselijk situaties sterk kunnen verschillen en wijzen op de eigen verantwoordelijkheid van kerkenraden om „alternatieve mogelijkheden voor de erediensten te benutten en andere aanvangstijdstippen te kiezen.”

Catechese

De deputaatschappen wijzen nogmaals op de basismaatregelen en de wettelijk verplichte anderhalvemeterregel binnen kerkgebouwen die „onverminderd” van kracht zijn.

Dringende kerkelijke (leden)vergaderingen en catechisatie kunnen doorgang vinden, schrijven de GG. „De catechese is een ambtelijke taak die niet zomaar achterwege gelaten kan worden.”

„Grote terughoudendheid is geboden” rond verenigingswerk, waarbij nadrukkelijk geadviseerd wordt om te zoeken naar „alternatieve (digitale) mogelijkheden voor ontmoeting, al dan niet in combinatie met andere tijdstippen.”

Stille getuige

Het is te vrezen dat het coronavirus „nog lange tijd onder ons zal zijn”, schrijven de deputaten. Zij wijzen op het grote aantal besmettingen, ook binnen het eigen kerkverband. „De vele rouwadvertenties zijn een stille getuige van de ernst van de huidige situatie.”

Met een verwijzing naar de adventstijd, schrijven de deputaatschappen dat –evenals in de tijd van de profeet Jesaja– ook nu „het volk in duisternis wandelt. Kerkmens en wereldling. Juist toen deed de Heere Jesaja prediken: „Het volk dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien.””