Kritisch
De afgelopen jaren is de mensheid mondiger geworden. De consument en de burger nemen niet langer kritiekloos aan wat door verkopers of gezagsdragers wordt voorgehouden. Predikanten maar ook huisartsen hebben het moeilijker dan vroeger.
Deze ontwikkelingen gaat echter één beroepsgroep voorbij. Juristen hebben meer gezag dan ooit. Er bestaat zowel bij besturen van verenigingen en stichtingen als in het bedrijfsleven een grote behoefte om de gevolgen van beslissingen en contracten vooraf aan een juridische toets te onderwerpen. Tijdens directie-, aandeelhouders- of bestuursvergaderingen wordt regelmatig gevraagd naar mogelijke juridische consequenties. Door deze voortschrijdende juridisering van de samenleving is het aantal advocaten in Nederland in de laatste tien jaar meer dan verdubbeld.
Ik pleit echter voor een assertieve en kritische opstelling tegenover juristen. In de rechtspraktijk zijn talloze voorbeelden bekend van zaken die fout zijn gelopen, juist omdat de burger te veel leunde op het juridisch gezag. Ik noem een paar voorbeelden.
Een jonge timmerman had op een executieveiling voor weinig geld een huis gekocht met veel achterstallig onderhoud. In zijn vrije tijd knapte hij het huis op en daarna verhuurde hij het. Daarna trouwde hij onder het maken van huwelijksvoorwaarden, om zo het beleggingspand buiten de gemeenschap te houden. Tien jaar later bleek dat in de huwelijksvoorwaarden was bepaald dat het overgespaarde inkomen uit arbeid of vermogen tussen de echtgenoten verdeeld moest worden. Tijdens de echtscheidingsprocedure maakte de vrouw daarom aanspraak op de helft van de waardestijging van het beleggingspand. Via deze omweg zou de man daardoor alsnog een deel van zijn privé-vermogen moeten delen terwijl de huwelijksvoorwaarden waren bedoeld om dat te voorkomen.
Deze man heeft zich bij het ondertekenen van de huwelijkse voorwaarden niet gerealiseerd dat er discussie mogelijk is over de tekst en de inhoud van de akte. Hij accepteerde de door de notaris voorgestelde voorwaarden als vanzelfsprekend. Dat was onverstandig. Ook de notaris trof blaam. Deze had beter moeten navragen met welk doel de huwelijksvoorwaarden werden opgesteld. Als in de akte was bepaald dat alleen overgespaard inkomen uit arbeid (en niet het inkomen uit vermogen) verdeeld zou moeten worden, zou meer recht zijn gedaan aan de bedoeling van partijen.
Verkeerd formulier
Zo ook de vermogende weduwnaar die ging trouwen. Deze had samen met zijn overleden echtgenote ooit een langstlevendetestament gemaakt. Toen zijn echtgenote was overleden, ontvingen de kinderen geen erfdeel maar een vordering op hun vader die opeisbaar zou zijn als deze in gemeenschap van goederen zou trouwen. Deze weduwnaar liet daarom huwelijksvoorwaarden maken. Erg verstandig. Mede omdat zijn tweede echtgenote jonger was dan hij en niet beschikte over noemenswaardig vermogen.
De notaris koos ook in dit geval voor een tekst met een ongelukkige bepaling. Daarin was namelijk bepaald dat er in geval van echtscheiding afgerekend zou moeten worden alsof men in gemeenschap van goederen was gehuwd. Toen huwelijksproblemen ontstonden, werd dat een groot probleem. Persoonlijk vind ik dat de notaris in dit geval absoluut fout heeft gehandeld. De bepaling dat moet worden afgerekend alsof men in gemeenschap van goederen is gehuwd, wordt vaak gebruikt door ondernemers die willen voorkomen dat zakelijke schuldeisers beslag kunnen leggen op de echtelijke woning. Deze wordt dan op naam van de andere echtgenoot gezet. Om te voorkomen dat de ondernemer bij een echtscheiding dakloos zal worden, wordt in de huwelijksvoorwaarde bepaald dat de voorwaarden niet gelden bij een scheiding. Bij een weduwnaar die gaat trouwen, bestaat daarvoor geen enkele aanleiding voor het maken van dat beding. De notaris heeft gewoon een verkeerd formulier gebruikt.
In deze twee gevallen uit mijn praktijk hadden veel problemen voorkomen kunnen worden als de aanstaande bruidsparen het gezag van de notaris niet vanzelfsprekend hadden geaccepteerd maar als zij zich kritischer hadden opgesteld. Wacht u daarom (ook) voor de jurist!
Mr. J. D. van Vlastuin, advocaat bij de maatschap Bouwman Van Dommelen Advocaten