Advies aan zwangeren om ook boosterprik te nemen
Zwangeren zouden een boosterprik tegen het coronavirus moeten nemen. Dat adviseert de werkgroep COVID-19 en Zwangerschap „met nadruk” aan alle zwangeren, ongeacht de termijn van de zwangerschap.
Eerder dit jaar adviseerde de werkgroep alle zwangeren al om zich in te laten enten tegen corona, met een mRNA-vaccin. De vaccins van Pfizer en Moderna zijn mRNA-vaccins.
Dat advies geldt dus ook voor de boosterprik. De prik moet minimaal zes maanden na de tweede dosis worden gezet. Vrouwen die ondanks hun eerdere inentingen toch een coronabesmetting hebben gehad, moeten tot zes maanden na die infectie wachten.
Daarnaast ziet de werkgroep „geen bezwaar” tegen een (extra) coronaprik voor mensen die proberen om een kind te krijgen en ook voor vrouwen die borstvoeding geven is het veilig.
Momenteel krijgen onder meer ouderen en mensen in de zorg een boosterprik. In die laatste groep zitten dus ook vrouwen in de vruchtbare leeftijd.
In de werkgroep COVID-19 en Zwangerschap zitten afgevaardigden van verschillende organisaties, zoals de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie (NVOG) en de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV).