„Maar zeker, God heeft gehoord…”

Psalm 66:19

God hoort het gebed. Daarvan staat de Bijbel vol. Maar dat wil niet zeggen dat er bij mensen soms toch niet het gevoel kan zijn dat God niét hoort. Omdat wij heel moeilijk onderscheid kunnen maken tussen gehoorde en verhoorde gebeden. In Psalm 66 zegt de dichter dat God hem niet gehoord zou hebben als hij kwaad in z’n hart had gehad. Andere vertalers menen dat de dichter er eigenlijk van uitging dat God niet zou horen. Maar tóch wel. „Maar zéker”, vertalen de Statenvertalers.

God hóórt. Hij zij geloofd.