Eerder dit najaar uitten GS van Gelderland hun twijfels over de verbreding, omdat er 60 miljoen euro extra nodig blijkt te zijn. Provinciale Staten van Utrecht verzochten vorige week in een motie vrijwel unaniem de verbreding door te zetten zoals is gepland en zoals eerder bestuurlijk is afgesproken. Daarmee is er aan de Utrechtse zijde politiek draagvlak voor.

De regio’s Rivierenland en Foodvalley (Ede-Veenendaal) kampen al te lang met files, waardoor regionale ontwikkeling hinder ondervindt en de leefbaarheid onder druk staat, aldus GS van Utrecht. Zij stellen voor dat nu op het hoogste bestuurlijke niveau, met beide gedeputeerden en de commissarissen van de Koning, over de gewenste verbreding van de brug wordt gesproken.

Van de extra 60 miljoen euro komt 29,6 miljoen voor rekening van Utrecht; Gelderland moet 30,4 miljoen op tafel leggen. Het Rijk, eigenaar van de Rijnbrug, is nogmaals dringend gevraagd om ook een bijdrage te leveren. Daar is geen gehoor aan gegeven.

Ten opzichte van de oorspronkelijke begroting zijn de verwachte bouwkosten met 10 miljoen euro gestegen. Dat is een gevolg van een verbeterde raming en onderzoek naar risico’s. Andere meerkosten vloeien voort uit de eerder niet toegevoegde indexatie (van 2018 naar 2025) en de wens om het overschrijdingsrisico te verlagen.

Een extra financiële buffer moet ervoor zorgen dat de verbreding binnen het budget wordt verwezenlijkt. Ook is kritisch gekeken of het project verder versoberd kan worden.