Woning werd volgens analysebureau dagelijks 313 euro duurder
Huizenbezitters zijn er in het derde kwartaal gemiddeld 313 euro per dag op vooruitgegaan, althans op papier. Volgens analysebureau Calcasa was dat de dagelijkse stijging van de waarde van hun woning. Nog nooit was de prijsstijging voor woningen zo groot, menen de onderzoekers.
Eind september kostte een huis volgens Calcasa gemiddeld 417.000 euro, 28.500 euro meer in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. De verschillen tussen provincies zijn groot. Utrechtse huizen stegen dagelijks met 505 euro in prijs, waarmee deze provincie koploper is. Noord-Hollandse woningen werden per dag 462 euro duurder. Limburg stond onderaan met een dagelijkse opwaardering van 165 euro.
Op gemeenteniveau dikte het vermogen van woningeigenaren in Blaricum, Bloemendaal en Laren het snelst aan. Hier ging het om prijsstijgingen van ruim 800 euro per dag, berekende Calcasa. In de vier grote steden werden huiseigenaren in Utrecht het rijkst.
Huizenprijzen stijgen almaar sneller. Dat wordt onder andere toegeschreven aan een tekort aan woningen in Nederland. Daarnaast duwen de historisch lage rentes de waarde van woningen verder omhoog. Die zorgen er aan de ene kant voor dat huizenkopers hogere hypotheken kunnen afsluiten. Aan de andere kant zoeken beleggers steeds meer hun heil in woningen als investering om aan rendement te komen, omdat bijvoorbeeld obligaties niet veel meer opleveren.
Calcasa wijst ook op de abnormale prijsstijgingen van huizen in Nederland. Voor 2020 was de gemiddelde landelijke stijging van woningprijzen nooit hoger dan 100 euro per dag. In het afgelopen kwartaal stegen zelfs woningen in het Groningse Pekela en het Limburgse Brunssum met meer dan 120 euro per dag, terwijl huizen in deze gemeenten voorheen niet zo sterk stegen.
Er zijn ook waarschuwingen voor oververhitting. Vorige week signaleerde de Autoriteit Financiële Markten (AFM) nog dat starters op de woningmarkt steeds grotere risico’s nemen om toch een huis te kunnen kopen, bijvoorbeeld door hoge schulden aan te gaan en geen financieringsvoorbehoud af te spreken. Dat maakt de Nederlandse economie volgens de toezichthouder gevoelig voor een plotselinge ommekeer in het sentiment, bijvoorbeeld als de rentes wel weer gaan stijgen wat de huizenprijzen drukt.