Boeren Krimpenerwaard onthutst over houding provincie
Boeren uit de Krimpenerwaard protesteerden dinsdag tegen de gemeente én de provincie. Het grondgebied van diverse agrariërs dreigt te worden onteigend ten faveure van natuur.
Uiteindelijk moet het nieuw aan te leggen natuurgebied, met de projectnaam Natuurgebieden Veenweiden Krimpenerwaard, 2250 hectare groot worden. Het strekt zich uit ten zuiden van Gouda en moet een aantrekkelijke plek worden voor dieren en vogels die hier zo’n honderd jaar geleden ook al voorkwamen.
Aan het project, dat uitgaat van de provincie en de gemeente, wordt al jarenlang gewerkt. Veel agrariërs zijn al uitgekocht om plaats te maken voor het toekomstige natuurgebied. Met de eindstreep in zicht, wordt nog met een aantal boeren en andere grondbezitters onderhandeld. Als er geen overeenstemming wordt bereikt, dreigen de overheden met onteigening.
Dat scenario wordt voor melkveehouder Martin de Jong (45) in Haastrecht steeds realistischer. De onderhandelingen zijn nog gaande, maar hij houdt serieus rekening met onteigening van zijn grond, waarvan hij eigenaar is. Het gaat ‘slechts’ om 3,5 hectare, maar de prijs die de provincie hiervoor wil betalen is ver onder de maat, zegt hij. „Dat bedrag is zo laag dat ik daar geen 3,5 hectare grond elders voor kan terugkopen.”
Als de gemeente hem vervangende grond van dezelfde grootte aanbiedt, is hij ook tevreden. Maar ook dat zit er niet in, vertelt De Jong. „Er is in de buurt van ons bedrijf geen vervangende grond beschikbaar; die gebieden worden al ingericht voor natuur.”
Het opkopen of onteigenen van grond, voor bijvoorbeeld woningbouw of infrastructuur, komt regelmatig voor in Nederland. Grondeigenaren worden hiervoor ruimschoots gecompenseerd, weet De Jong. Maar als er moet worden onteigend om plaats te maken voor groen, zijn provincies en gemeenten veel minder bereid om in de buidel te tasten. „Dat valt toch niet uit te leggen? Als de provincie een redelijke prijs zou willen betalen, zou de zaak allang afgehandeld zijn.”
Krimp
Hoewel de gemeente eindverantwoordelijk is voor de onteigening, moet de melkveehouder het met de provincie eens zien te worden over de prijs van zijn grond. De Jong onderhandelt inmiddels al vijf jaar met dit bestuursorgaan. Maar de provincie geeft geen krimp, vertelt hij.
De Jong heeft het bijgehouden: 200 uur praten en vergaderen met de provincie heeft niets opgeleverd. Het heeft hem alleen maar geld gekost, want die uren kon hij niet aanwezig zijn op de boerderij. De Jong voelt zich nauwelijks serieus genomen. „De provincie lijkt niet te luisteren naar mijn argumenten. Dat geeft geen fijn gevoel. Zo ga je toch niet met elkaar om?”
De demonstratie van dinsdag stemt de melkveehouder hoopvol. Bij alle rotondes in de gemeente stonden boeren opgesteld met trekkers en spandoeken. Hij denkt dat de gemeente de provincie op haar onredelijkheid zal wijzen. „Ik hoop dat ze inzien dat de boeren alleen maar vragen om eerlijke compensatie voor hun grondgebied.”
Floor de Jong –overigens geen familie van Martin de Jong– ook boer en drijvende kracht achter de demonstratie, denkt eveneens dat de gemeente aan het denken is gezet. Vier jaar geleden stemde de gemeenteraad in met het onteigenen van grond voor het natuurgebied, mits de provincie er alles aan heeft gedaan om er met de boeren op een redelijke wijze uit te komen, vertelt hij. „Ik denk dat ze nu wel inzien dat dit niet is gebeurd.”
Floor de Jong bevestigt de mening van Martin de Jong dat de provincie aanzienlijk meer geld zou neertellen als de grond onteigend zou worden voor de bouw van woningen of voor het aanleggen van een nieuwe weg. „In dat geval kan een grondeigenaar rekenen op een bod van 250.000 euro per hectare. Nu het om groen gaat, wil de provincie niet verder gaan dan 50.000 euro.”
Volgens Floor de Jong wil de provincie zo een prijsopdrijvend effect voorkomen. Hij wijst erop dat de Krimpenerwaard de eerste gemeente in Nederland is die onteigening toestaat ten faveure van natuur. „Het zou zomaar kunnen dat andere gemeenten dit voorbeeld volgen. Als de provincie Zuid-Holland nu veel geld betaalt, moet die dat een volgende keer wéér doen. Dat willen ze niet.”
Precedentwerking
Veel agrariërs vrezen een precedentwerking, aldus De Jong. Met de energietransitie in het achterhoofd, oppert hij de mogelijkheid dat land straks wordt onteigend om daar bijvoorbeeld zonnepanelen neer te zetten. „Waar houdt het op? Veel boeren denken: wanneer is mijn stukje land aan de beurt?”
Agrariërs die hun land niet willen verkopen maar ook niet te maken willen krijgen met onteigening, kunnen kiezen voor ”zelfrealisatie” van natuur. Maar dat is volgens Floor de Jong voor veel boeren geen optie. „Ze worden dan natuurbeheerder, een soort Natuurmonumenten in het klein. Er mag dan niet meer bemest worden en ze krijgen te maken met een uitgestelde maaidatum. Daar komt ook veel administratieve rompslomp bij kijken. Het wordt heel moeilijk om dit te combineren met je boerenbedrijf.”
De rechter-commissaris heeft dinsdag, samen met deskundigen, de mogelijk te onteigenen grond ter plaatse bekeken en met de boeren gesproken. De deskundigen bepalen het bedrag dat de provincie moet betalen als het daadwerkelijk op onteigenen aankomt. De Jong verwacht dat zo’n vijftien boeren hiermee te maken gaan krijgen. De deskundigen komen in januari met hun advies.
De provincie laat in een reactie weten te verwachten dat het slechts in enkele gevallen op onteigening zal aankomen. De rechter zal op basis van het advies van de deskundigen een bedrag vaststellen die de agrariërs voor hun land moeten krijgen. De provincie zegt hier gehoor aan te zullen geven. Het bestuursorgaan benadrukt er geen belang bij te hebben om bewust hogere of lagere schadeloosstellingen te bieden. De provincie gaat er namelijk van uit dat de rechtbankdeskundigen vergelijkbare bedragen zullen adviseren.
Een woordvoerder laat weten dat „onteigening een stevig instrument is met veel impact, ook op privégebied.” Nu onteigening dichterbij komt, zegt hij te begrijpen dat de mensen die het hier niet mee eens zijn zich laten horen. „We begrijpen goed dat het pijn doet, maar we proberen in gesprek te blijven”, aldus de zegsman.