Wet die vrouwenquotum in bedrijfstop voorschrijft onbegrijpelijk
Het is heel vreemd dat de positie van vrouwen in bedrijven zo sterk gepromoot wordt, terwijl men op allerlei andere gebieden een gendervrij beleid voert. Het is nodig dit beleid steeds te ontmaskeren.
Ongelooflijk! Het land schreeuwt om oplossingen voor allerlei problemen. We moeten alle zeilen bijzetten om de economie uit het coronaslop te halen. Ondertussen komt de demissionaire regering met een wet die zorgt voor een vrouwenquotum in raden van commissarissen. Reden genoeg om de kunst van het ontmaskeren te beoefenen.
Bij dat ontmaskeren is het van belang om in de huid van een ander te (durven) kruipen. Dit wetsvoorstel leent zich daar uitstekend voor. Het is een verregaande maatregel die diep ingrijpt in de normale verhoudingen binnen grote naamloze en besloten vennootschappen. Deze vennootschappen worden nu verplicht om passende en ambitieuze streefcijfers te formuleren voor de verhouding tussen mannen en vrouwen in het bestuur, de raad van commissarissen en de subtop.
Bovendien eist het een evenwichtige samenstelling van de raad van commissarissen en niet-uitvoerende bestuurders, in die zin dat minstens een derde deel man en minstens een derde deel vrouw moet zijn.
Inclusiviteit
Hoe moeten we dat nu beoordelen? Het is maar net welk perspectief je kiest. Want als je in de huid van anderen kruipt, heb je steeds een ander oordeel. Neem als voorbeeld het aloude politieke frame van links en rechts: rechts vindt dit niks, links vindt het geweldig! Of als je het bekijkt vanuit de ondernemer, vanuit het bedrijfsleven: waar bemoeit de overheid zich nu weer mee? Of als zakenvrouw, die bekijkt dat toch gewoon strikt zakelijk, ofwel: alleen als je goed werk levert, word je benoemd. En als je het beziet vanuit het feminisme: een rasechte feministe is hier natuurlijk niet blij mee. Want wie wil er nu een excuusplaats innemen in een bestuur of in een raad van commissarissen (rvc)?
En natuurlijk kunnen we er niet omheen… Nu alles draait om inclusiviteit, moet het toch eigenlijk genderfree. Dan kan dit helemaal niet! Interessante vragen vanuit de inclusieve samenleving zijn deze: Waarom spreken over vrouwen en mannen in een rvc? Dat kunnen we toch niet bepalen? Het is niet wat je ziet, maar hoe men zich voelt, toch? Zo kijken we er tegenwoordig immers naar? Dus daar zitten dan toch alleen maar genders?
Haken en ogen
Alle perspectieven maken duidelijk dat deze wet vele haken en ogen heeft en ook oneerlijk is. Want als er een eerlijke verdeling zou moeten zijn, waarom dan niet precies de helft mannen en de helft vrouwen?
Bovendien, als je dit dan zo graag wilt, waarom gaat het dan alleen om de top van een bedrijf? Dat is toch onderscheid maken waar het niet is? Laten we een willekeurig bedrijf van enige omvang nemen: een scheepswerf. Is een vrouw een slechtere lasser dan een man? Kan een vrouw minder goed klinknagels slaan dan een man? Is de top soms meer dan de werkvloer?
Het is weer een wet die het bedrijfsleven danig in de weg gaat zitten, geen recht doet aan de personen om wie het gaat, leidt tot rechtsongelijkheid en als discriminerend kan worden ervaren. Er komt dus geen spaander van terecht. Immers, er ontstaat al een probleem als er te weinig aanbod van (vrouwelijke) commissarissen of bestuurders is.
Bovendien ontbreekt een heldere sanctie. Een bedrijf krijgt namelijk geen boete als het niet voldoet aan het vrouwenquotum. Een benoeming in strijd met dit voorschrift is nietig. Die heeft echter geen gevolgen voor de rechtsgeldigheid van de besluitvorming. Kortom, uiteindelijk heeft deze wet geen echte consequenties voor het gevoerde beleid.
Vragen
Heel vreemd is dat de positie van vrouwen zo sterk gepromoot wordt, terwijl we op allerlei andere gebieden worden geconfronteerd met gendervrij beleid. Het is dan belangrijk om door allerlei vragen te stellen het brede beleid te ontmaskeren. Dat kon in dit geval door te vragen wat er gebeurt als een mannelijke commissaris zich vrouw voelt. Of hoe het zit met iemand die non-binair is, ofwel zich noch man, noch vrouw voelt.
Minister Van Engelshoven reageerde daarop door te zeggen dat deze persoon dan gevoegd kan worden bij de kleinste groep, dus bijvoorbeeld als vrouw kan worden aangemerkt. Maar dat antwoord gaat helemaal in tegen haar eigen beleid, waarbij niemand in het hokje ”man” of ”vrouw” gedwongen mag worden.
Verwarrend
Al met al levert een quotum voor vrouwen een wet op waar vele ideologische en praktische haken en ogen aan zitten. En het is maar een klein voorbeeld van de verwarrende consequenties van het doorgeslagen streven naar gendergelijkheid. Maar dit voorbeeld maakt die verwarring opnieuw duidelijk en we moeten die blijven ontmaskeren!
De auteur is fractievoorzitter van de SGP in de Eerste Kamer.